Caput 6 Flashcards
copia
copiae v
de hoeveelheid; (de gelegenheid)
sermon
sermon-is m.
1)het gesprek 2)het taalgebruik
vates
vat-is m.
de waarzegger
voluntas
voluntat-is v.
de wil
aureus
-a, -um
gouden
medius
-a, -um
middelste; het midden van
Ndl. de mediaan
obscurus
-a, -um
1)duister 2) onbeduidend
Fr. obscur
brevis
brevis, breve; brev-is
kort
mortalis
mortalis, mortale; mortal-is
sterfelijk
Lat. mors
nobilis
nobilis,nobile; nobil-is
adellijk; beroemd
Ndl. nobel
omnis
omnis, omne; omn-is
geheel; elk
tristis
tristis, triste; trist-is
droevig
Ndl. triest
audax
audax, audax; audac-is
moedig; overmoedig
Lat. audere, audacia
dives
dives, dives; divit-is
rijk
ferox
ferox, ferox; feroc-is
woest; uitdagend
ingens
ingens, ingens; ingent-is
reusachtig
sapiens
sapiens, sapiens; sapient-is
wijs; verstandig
Lat. sapientia
celer
celeris, celere; celer-is
snel
Lat. celeritas
fortis
fortis, forte, fort-is
dapper; sterk
Fr. fort
praeda
praedae v.
de buit; de prooi
crudelis
crudelis, crudele; crudel-is
wreed
Fr. cruel
Eng. cruel
difficilis
difficilis, difficile; difficil-is
moeilijk
Fr. difficile
facilis
facilis, facile; facil-is
gemakkelijk
Fr. facile
gravis
gravis, grave; grav-is
zwaar ; ernstig
Fr. grave
levis
levis, leve; lev-is
licht
similis
similis, simile; simil-is
gelijk aan ; gelijkend op
utilis
utilis, utile; util-is
nuttig
atrox
atrox, atrox; atroc-is
vreselijk
felix
felix, felix; felic-is
gelukkig
Ndl. feliciteren
pauper
pauper, pauper; pauper-is
arm
Fr. pauvre
vetus
vetus, vetus; veter-is
oud
Ndl. de veteraan
acer
acris, acre; acr-is
scherp; fel
incitare
incito I
Aanmoedigen, aanvuren
complere
compleo II
Vullen
adhuc
Bijwoord
Tot nu toe, nog altijd
diu
Bijwoord
Lange tijd
Minister
ministri m.
de dienaar
Ndl. De minister
Fortuna
Fortunae v.
Het lot, de toestand
Ndl. De fortuin
Ars
Art-is v.
De kunst, het vakmanschap
Fr. l’art
Ndl de artiest
Omnes
~, omnia, omnium (mv)
Alle
Asinus
Asini m.
De ezel
Aurum
Auri o.
Het goud
Lat. Aureus, -a, -um
Collis
Coll-is m.
De heuvel
Fr. La colline
Hostis
Host-is m.
De vijand (de staatsvijand)
Eng. Hostile
Libertas
Libertat-is V.
De vrijheid
Lat. Liberare / liber -a, -um
Vestis
Vest-is V.
De kleding
Ndl. Vest / vestiaire
Animal
Animalis o.
1) het levend wezen 2) het dier
Fr. L’animal
Dubitare
Dubito I
Twijfelen, aarzelen
Imponere
Impono III
1) plaatsen op 2) opleggen
Fr. Imposer
Lat. In + ponere
Ferre
Fero O
1) dragen 2) brengen
Afferre
Affero O
Brengen naar, tot bij
Lat. Ad+ ferre
Auferre
Aufero O
Wegnemen, wegbrengen
Lat. Ab+ferre
Offerre
Offero O
Aanbieden
Ndl. Het offer
Fr. Offrir
Referre
Refero O
Terugbrengen, rapporteren
Transferre
Transfero O
Overbrengen
Ndl. Transfer
Velle
Volo O
Willen
Lat. Voluntas
Malle
Malo O
Liever willen
Lat. Magis+velle
Nolle
Nolo O
Niet willen
Lat. Non+velle
Mox
/(bijwoord)
Weldra, binnenkort
Dolus
Doli m.
De list
Calor
Caloris m.
De warmte
Lat. Calidus -a, -um
Avis
Avis V.
De vogel
Carmen
Carminis o.
Het lied
Frigus
Frigoris o.
De koude
Lat. Frigidus -a, -um
Mare
Mar-is o.
De zee
Fr. La mer
Moenia
Moen-ium o. Mv
De stadsmuren, de stadswallen
Aeternus
-a, -um
Eeuwig
Fr. Éternel
Expugnare
Expugno I
Veroveren
Lat. Ex+pugnare
Aliter
/(bijwoord)
Anders
Lat. Alius, -a, -um
Facile
/(bijwoord)
Gemakkelijk
Lat. Facilis
Multum of multo
/(bijwoord)
Veel
Lat. Multi
Ac = atque
/(voegwoord)
En
Ala
Alae V.
De vleugel
Copiae
Copiarum V. Mv
De troepen
Custos
Custod-is m.
De bewaker
Lat. Custodire
Arx
Arc-is v.
De burcht
Egregius
-a, -um
Buitengewoon
Fr. Extraordinaire
Secundus
-a, -um
1) tweede 2) gunstig
Fr. Second
Tacitus
-a, -um
Zwijgend
Lat. Tacere
Cedere
Cedo III
Wijken
Discedere
Discedo III
Uiteengaan
Lat. Dis+cedere
Colere
Colo III
1) bewerken 2) bewonen 3) vereren
Custodire
Custodio IV
Bewaken
Lat. Custos
Interim
/(bijwoord)
Intussen
