Cafe Flashcards
1
Q
To Drink
A
Drinken
2
Q
Please
A
Graag
3
Q
Coffee
A
de koffie
4
Q
Tea
A
de thee
5
Q
Sugar
A
de suiker
6
Q
Milk
A
de melk
7
Q
Please
A
Alsjeblieft
8
Q
Thank You
A
Dank je wel
9
Q
To want
A
wil/willen
10
Q
To help
A
Helpen
11
Q
To give
A
Geeft/geven
12
Q
To get
A
krijgt/krijgen
13
Q
Your welcome
A
graag gedaan
14
Q
To ask
A
Vraagt/vragen
15
Q
Someone
A
iemand