Bloed(circulatie) Flashcards
Anatomie van het hart
Zie plaatje boek!!!
Coronaire arteriën
Voorzien het hart van bloed
Linkerventrikel
Heeft dikkere hartwand dan rechterventrikel. Dit ventrikel is verantwoordelijk voor het rondpompen door de grote bloedsomloop.
Rechterventrikel
Verantwoordelijk voor rondpompen door kleine bloedsomloop
De weg die bloed aflegt
Onderste holle ader -> rechteratrium -> rechterventrikel -> longen -> linkeratrium -> linkerventrikel -> aortakleppen -> aorta -> hele lichaam
Materiaal arteriën/venen
Buitenkant: bindweefsel (tunica adventia)
Daaronder: glad spierweefsel tussen twee elastische lagen (tunica media)
Daarbinnen: endotheellaag met daarop lumen (tunica intima)
Tussen de media en intima zit een kleine ruimte
Verschil arteriën en venen
Arteriën hebben dikkere spier- en bindweefsellaag. Er zitten ook meer elastische lagen tussen. Ze moeten hogere druk aankunnen.
Venen hebben een wijdere lumen. Ook hebben ze kleppen.
Verschil arteriolen en venulen
Arteriolen: endotheellaag met lumen met daaromheen gladde spiercellen
Venulen: endotheellaag zonder lumen met daaromheen bindweefsel en gladde spiercellen
Capillairen materiaal
Enkel een laag endotheelcellen zodat transport goed mogelijk is
VO2
Zuurstofgebruik
Hogedruksysteem
Zorgt voor de toevoer van voedingsstoffen
Lagedruksysteem
Zorgt voor de afvoer en dient als reservoir
Zuurstofverdeling
11% naar hart 21% naar hersenen 23% naar lever 27% naar skeletspieren 7% naar nieren 11% naar huid en overig
Systolische druk
De piek in de bloeddruk wanneer het hart samentrekt.
Diastolische druk
Het hart in rust
Systolische en diastolische druk van systemische circulatie standaardwaarde
120 mm Hg systolisch en 80 mm Hg diastolisch.
Systolische en diastolische druk van pulmonaire circulatie standaardwaarde
25 mm Hg systolisch en 10 mm Hg diastolisch
Hoe wordt bloeddruk bepaald?
Slagvolume, hoeveelheid bloed per slag, snelheid van uitstoten, rekbaarheid van arteriën.
Atherosclerose
Slagaderverkalking
MAP
Mean arterial pressure = gemiddelde arteriële druk over tijd. De MAP wordt bepaald door de cardiac output (CO) en de totale perifere weerstand (TPR).
Cardiac output
Hoeveelheid bloed dat in arteriën gepompt wordt per tijdseenheid. Is afhankelijk van hartslag en slagvolume.
TPR
Weerstand die bloed ondervindt door de arteriolen.
Pulsdruk
Het verschil tussen de systolische en diastolische druk. Deze wordt beïnvloed door het slagvolume en de rekbaarheid van de bloedvaten.
Oorzaak osmotische druk
Albumine.
Veneuze return + factoren
Bloed gaat van de weefsels terug naar het hart
Van belang is:
- Vasoconstrictie
- Spierpomp
- Ademhaling
Gemiddelde bloedvolume man vs vrouw
Man: 5-6 liter
Vrouw: 4-5 liter
Verdelingsdiagram bloed
Zie sv!!
Functies bloed
- Zuurstof vervoeren
- Nutriënten en hormonen vervoeren
- Afvoeren metabolische afvalstoffen
- Behoud temp
- Behoud pH
- Behoud vloeistofvolume
- Voorkomen bloedverlies
- Voorkomen infectie
Hematocriet
Verhouding tussen celvolume en plasmavolume
Megakaryocyte
Cel die te groot is om door het beenmerg te dringen, maar die wel uitlopers naar buiten kan steken en daar breken bloedplaatjes vanaf.
Paletplug
Bloedplaatjes die aan elkaar gaan plakken. Ze dienen als een stop op het bloedvat.
Primaire hemostase
Ontstaan paletplug + signaal van hersenen om vloedvat samen te laten trekken zodat er minder bloed doorheen kan stromen
Coagulatie cascade
Proces dat ervoor zorgt dat thrombine aangemaakt wordt.
Secundaire hemostase
Omzetting van thrombine -> fibrinogeen -> fibrine -> om paletplug = bloedstolling
Granulocyten vs agranulocyten
Granulocyten (neutro-, eosino- en basofielen) hebben veel granules en agranulocyten (lymfo- en monocyten) niet.
Blood smear preparation
Preparaat met bloedcellen waarbij het objectglaasje tegen de druppel aan wordt geschoven zodat de cellen volledig worden uitgesmeerd over het plaatje heen
Leukocyten ezelsbrug
Never Let Monkeys Eat Bananas
- Neutrogielen
- Lymfocyten
- Monocyten
- Eosinofielen
- Basofielen
Leukocytose
Wanneer er meer dan 11000 witte bloedcellen/ml bloed zitten