Biologie 2 witte bloedcellen Flashcards

1
Q

neutropenie

A

verlaagd neutrofiele granulocyten, oorzaken: beenmergziekten, aangeboren afwijkingen, autoimmuunziekten, vergrote milt, gebruik geneesmiddelen, virale infectie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

neutrofiele leukocytose

A

verhoogd neutrofiele granulocyten, oorzaak: infectie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

linksverschuiving

A

verhoogd staafkernige neutrofiele granulocyten, oorzaak: infectie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

pelger-huet

A

maximaal 2 segmenten in 1 kern, oorzaken: leukemie, MDS, aangeboren

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

hypersegmentatie

A

meer dan 5 segementen in 1 kern, oorzaak: vitamine B12 tekort

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

eosinofilie

A

verhoogd eosinofiele granulocyten, oorzaken: allergische reactie, parasitaire infectie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

basofilie

A

verhoogd basofiele granulocyten, oorzaken: chronische dikke darm ontsteking, waterpokkeninfectie, chronische myeloide leukemie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

monocytose

A

verhoogd monocyten, oorzaken: langer bestaande infectie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

lymfocytose

A

verhoogd lymfocyten, oorzaken: infectie op jonge leeftijd zoals: bof, pffeiffer, lymfatische leukemie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

lymfopenie

A

verlaagd lymfocyten, oorzaken: HIV, geneesmiddelen, auto-immuunziekten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

trombocytose

A

verhoogd trombocyten, oorzaken: ijzertekort, chronische myeloide leukemie, essentiele trombose

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

trombopenie

A

verlaagd trombocyten, oorzaken: vergrote milt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

functie monocyten

A

monocyten kunnen zich ontwikkelen tot macrofagen, deze ruimen bacterien en afvalproducten op

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

functie lymfocyten

A

vernietigen virusgeinfecteerde cellen en tumorcellen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

functie neutrofiele granulocyten

A

betrokken bij afweer tegen bacterien en lichaamsvreemde stoffen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

functie eosinofiele granulocyten

A

bestrijden parasitaire infectie en spelen rol bij allergische reactie

17
Q

functie basofiele granulocyten

A

onduidelijk

18
Q

functie trombocyten

A

hechten aan beschadigde vaatwanden en helpen stollingsproces op gang te komen

19
Q
A