begrippen T7 V2 Flashcards
familia
een Romeinse familie met aan het hoofd een pater familias.
pater familias
de oudste man of man van de hoogste stand in een familia. Latijn voor ‘vader van de familie’.
patriarchale samenleving
Een samenleving waar mannen dominant zijn en de regels stellen, oefenen meer macht uit.
solidariteit
gevoel van verbondenheid
stand
rang of plaats in de maatschappij
rechten
dingen die je mag doen/hebben
plichten
wat je moet doen
ongelijkheid
verschillen in een samenleving waarbij mensen uit een sociale groep een lagere rang hebben dan mensen uit een andere sociale groep
plebejer
gewone burgers, boeren en vaklieden in de Romeinse samenleving
patriciërs
de naam voor de leden van (hoogstaande) Romeinse geslachten
standenmaatschappij
maatschappij die ingedeeld is in standen op basis van verschillende rechten en plichten
vreemdeling
iemand die niet uit de stad, streek of het land komt
slaven
iemand die werkt voor andere en niet over zijn eigen leven mag beschikken, een onvrij persoon
stadstaat
een stad met omliggende omgeving en eigen bestuur
republiek
staatsvorm waarbij het staatshoofd wordt gekozen en een beperkte tijd aan de macht blijft
koninkrijk
land waarover een koning(in) regeert
volksvergadering
een vorm van democratie waarbij de burgers regelmatig samenkomen om over wetsvoorstellen te stemmen
rechterlijke macht
het bestuursorgaan dat controleerd of de wetten gevolgd worden en eventueel straffen uitdeeld
monopolie (van macht)
het recht om in je eentje iets te verhandelen of iets te doen
consul
vertegenwoordiger van en land in het buitenland
dictator
iemand die in z’n eentje en op een strenge manier regeert (alleenheerser)
wetgevende macht
bestuursorgaan dat de volksvergadering voorbereid
magistraat
een ambtenaar, iemand die werkt voor het bestuur/overheid
uitvoerende macht
bestuursorgaan dat de wetten uit de volksvergadering stemt en uitvoert
vetorecht
het recht om een besluit krachtenloos te maken, om een beslissing tegen te houden
senaat
een overlegsorgaan, onderdeel van de regering