begrippen h7 Flashcards
schilden
een zeer oud stuk aardkorst van minstens 500 miljoen jaar oud
delfstoffen
grond en brandstof die je uit de de aarde haalt
ertsen
gesteente waaruit een delfstof kan worden onttrokken
landklimaat
klimaat met in de koudste maand een gemiddelde dagtemperatuur die lager is dan -3 en in de warmste maand hoger dan 10
toendraklimaat
koud klimaat met ‘s zomers een gemiddeld dagtemperatuur kouder dan 10 graden
toendra
boomloos gebied in de poolstreken met begroeiing van grassen, mossen en lage struikjes
taiga
zone in de gematigde luchtstreek waar naaldbomen groeien. in de winter is het er gemiddeld kouder dan -3
steppe
droog gebied waar net genoeg regen valt voor de groei van grassen en lage struikjes
woestijn
erg droog gebied waar bijna niks groeit
podzol
bodem die wordt gekenmerkt door het wegspoelen van ijzer, aluminium en humus naar lager liggende lagen
uitspoeling
het naar beneden zakken van overtollig water in de bodem, het neemt voedingsstoffen mee
oerbank
keiharde laag in een podzol waar de uitgespoelde voedingsstoffen en mineralen samenklitten
chernozem
vruchtbare bodem met een dikke, zwarte bovenlaag die bestaat uit humus met een hoog kalkgehalte. heet ook zwarte aarde
humus
Afbraakmateriaal van dode planten en dieren in de bodem
landbouwdriehoek
vruchtbaar landbouwgebied in Rusland dat wordt begrensd door de steden Odessa, Irkutsk en Sint-Petersburg
permafrost
permanente bevroren ondergrond
natuurrampen
ramp veroorrzaakt door de natuur met veel schade en slachtoffers
milieuramp
door mensen veroorzaakte ramp met veel schade in de natuurlijke omgeving
milieu-uitputting
het opraken van natuurlijke hulpbronnen door menselijk gebruik
natuurlijke hulpbronnen
product uit de natuur die mensen goed kunnen gebruiken
milieuaantasting
ingrepen in de natuur en het landschap waardoor de kwaliteit ervan achteruit gaat
verwoestijning
uitbreiding van een woestijn
milieuvervuiling
verontreiniging van het milieu door het te gebruiken als afvalbak
luchtvervuiling
verontreiniging van de lucht, bijv door uitstoot van gassen
watervervuiling
verontreiniging van oppervlaktewater, bijv door de lozing van afval in het water
bodemvervuiling
verontreiniging van de bodem. bijv door chemisch of nucleair afval
isothermen
lijn die plaatsen met dezelfde temperatuur met elkaar verbindt
luchtstreken
temperatuurzones op aarde: poolstreken, gematigde zone en tropen
gematigde zone
het gebied tussen de breedtecirkels van 23 1/2 en 66 1/2 N.B en Z.B
poolstreken
Het gebied ten noorden van 66 1/2 N.B en ten zuiden van 66 1/2 Z.B
bodem
voor de plantengroei de belangrijkste bovenste laag in de aardkorst
horizonten
laag in de bodem
humus
afbraakmateriaal van dode planten en dieren in een bodem
bodemprofiel
verticale doorsnede van de bodem die de horizonten laat zien
uitspoelingshorizont
laag in een bodem waar voedingsstoffen zijn weggespoeld
inspoelingshorizont
laag uit de bodem waar materiaal uit bovenliggende lagen is terechtggekomen
moedermateriaal
het vaste gesteente waaruit een bodem is ontstaan
autonomie
vrijheid van een land of gebied om eigen wetten en regels te bepalen. heet ook zelfbestuur
geopolitiek
het uitoefenen van macht door een land vanwege zijn voorraad natuurlijke hulpbronnen of ligging.
russificatie
het verspreiden van de invloed van de russische cultuur in gebieden met een andere cultuur.
staat
een gebied met duidelijke grenzen en een bestuur dat eigen baas is
volk
een groep mensen die al eeuwenlang samenwoont en dezelfde cultuur heeft
xenofobie
angst voor of afkeer van mensen met een andere culturele en/of etnische achtergrond
natie
een volk dat in één staat woont
natiestaat
een staat waar één volk woont
BRICS landen
verzamelnaam voor de vijf opkomende landen:
Brazilie, rusland, india, china en zuid afrika
communisme
politieke vorm waarbij de staat alle bedrijven bezit en bepaalt welke producten worden gemaakt.
demografische krimp
krimp of afname van de bevolking. heet ook bevolkingskrimp
geboortecijfer
het gemiddeld aantal geborenen per duizend inwoners per jaar
geboorteoverschot
als er in een jaar meer mensen worden geboren dan dat er mensen sterven
migratiesaldo
de som van vestiging en vertrek
natuurlijke hulpbron
product uit de natuur dat mensen goed kunnen gebruiken
oligarch
persoon met grote economische macht en daardoor politieke invloed. maakt deel van een kleine groep die de macht in handen heeft
ontgroening
afname van het aandeel jongeren in de totale bevolking
planeconomie
economisch systeem waarin de productie door de staat wordt bepaald, waarbij voor elk bedrijf een productieplan wort gemaakt. ook wel het communistisch productiesysteem
productiemiddel
wat nodig is om iets te maken. arbeid, kapitaal of natuur
sterftecijfer
het gemiddeld aantal overleden personen per duizend inwoners per jaar
vergrijzing
toename van het aandeel ouderen in de totale bevolking
vrijemarkteconomie
economisch systeem waarin bedrijven eigendom zijn van personen en de ondernemers zelf bepalen wat ze maken of welke diensten ze aanbieden. ook het kapitalistisch productiesysteem
arbeid
betaald werk dat mensen doen door goederen te maken of diensten te verlenen
bevolkingsexplosie
sterke toename van de bevolking door natuurlijke bevolkingsgroei
demografisch transitiemodel
model dat de overgang laat zien van een samenleving met hoge geboorte-en sterftecijfers naar lage geboorte- en sterftecijfers
demografische krimp
krimp of afname van de bevolking
kapitaal
alle gebouwen, machines, hulpmiddelen en voertuigen die nodig zijn voor de productie
migratie
verhuizen van de ene woonplaats naar de andere
natuur
onderdelen van de natuurlijke omgeving die nodig zijn voor de productie, zoals grond, delfstoffen, grondstoffen en water
natuurlijke bevolkingsgroei
bevolkingsgroei of bevolkingsafname door het aantal geboorten min het aantal sterftes
opkomend land
land dat nog niet echt ontwikkeld is, maar dat wel een snelle economische groei doormaakt
sociale bevolkingsgroei
verandering van het bevolkingsaantal doordat mensen uit een gebied vertrekken of doordat ze zich er vestigen
sterfteoverschot
er gaan meer mensen dood dan dat er kinderen worden geboren
vestigingsoverschot
als er meer mensen zich vestigen in een gebeid dan dat er mensen vertrekken
vertrekoverschot
als er meer mensen vertrekken uit een gebied dan dat er zich vestigen