ak Flashcards
moesson
wind die elke half jaar van richting verwisseld
moessonklimaat
Tropisch klimaat met een kort droog seizoen
stuwingsregen
neerslag die ontstaat door stijgende lucht tegen een gebergte
El Nino
het verschijnsel dat het zeewater in het midden en het oosten van de Grote Oceaan extra sterk opwarmt
waterdamp
verdampt water in de lucht
hooggedrukgebied
gebied met een teveel aan lucht waar lucht wegstroomt over het aardoppervlak en wordt aangevuld met dalende lucht van boven, heet ook maximum
subtropisch maximum
hogedrukgebied bij 30 graden breedte
hooggebergteklimaat
koud en nat klimaat, de temperatuur in de zomer is gemiddeld lager dan 10 graden
zeeklimaat
klimaat met een matigende invloed van de zee op de temperatuur, hele jaar neerslag
mediterraan klimaat
klimaat met hete, droge zomers en vochtige, zachte winters. heet ook middellands zeeklimaat
modderstroom
kolkende, modderige brij die met een hoge snelheid van een helling afkomt
lagedrukgebied/ depressies
gebied met een tekort aan lucht waar lucht toestroomt over het aardoppervlak en gaat stijgen: wolken en neerslag
aquifer
waterdragende laag in de ondergrond
tornado
zeer krachtige wervelwind.
front
grensgebied tussen twee luchtsoorten