Begrippen H2 Flashcards
aride zone
Landschapszone gekenmerkt door een lage hoeveelheid neerslag, waardoor woestijn en steppe overheersen
atmosferische circulatie
Algemeen systeem van luchtstromen op aarde en de daarbij behorende lage- en hogedrukgebieden
boreale zone
Landschapszone gekenmerkt door grote verschillen in temperatuur tussen zomer en winter, waarbij de winters koud zijn. Er groeit hier hoofdzakelijk naaldwoud
corioliseffect
Het effect dat luchtstromen een zijdelingse afwijking krijgen door de draaiing van de aarde. Op het noordelijk halfrond is deze afwijking naar rechts, op het zuidelijk halfrond naar links
diepwaterpomp
Proces waarbij koud en zout water zinkt, hetgeen de thermohaliene circulatie aandrijft
El Niño
Toestand van de equatoriale Grote Oceaan, waarbij oceaanwater richting Peru stroomt en daar opwelling van koud diepzeewater belemmert
El Niño - zuidelijke oscillatie (ENSO)
Het gehele systeem van El Niño, La Niña en de zuidelijke oscillatie samen
gematigde zone
Landschapszone gekenmerkt door milde winters, koele zomers en voldoende vocht, waardoor er loofbossen groeien. Momenteel dichtbevolkt en in hoge mate in gebruik door de landbouw
hogedrukgebied
Een gebied met een hoge luchtdruk, dat ontstaat doordat lucht daalt
intertropische convergentiezone (ITCZ)
Het lagedrukgebied rondom de evenaar
klimaatfactoren
Oorzaken voor klimaatverschillen
klimaatgebied
Groot gebied met sterke overeenkomsten in klimaat
kortgolvige straling
Straling die bestaat uit elkaar kort opvolgende trillingen, afkomstig van de zon
koude zeestroom
Zeestroom die afkomstig is uit een kouder gebied
lagedrukgebied
Een gebied met een lage luchtdruk, dat ontstaat doordat lucht opstijgt
landschapszone
Groot gebied met sterke overeenkomsten in landschap
langgolvige straling
Straling die bestaat uit relatief trage trillingen, afkomstig van het door kortgolvige straling opgewarmde aardoppervlak
La Niña
Toestand van de equatoriale Grote Oceaan, waarbij oceaanwater richting Indonesië stroomt en opwelling van koud diepzeewater bij Peru stimuleert
moesson
Wind die van de subtropische hogedrukgebieden richting de evenaar waait, die vervolgens kruist en van richting verandert. Op het noordelijk halfrond komt de moesson uit het zuidwesten, op het zuidelijk halfrond uit het noordwesten
oceanische circulatie
containerbegrip voor alle oceaan- en zeestromen
passaat
Wind die van de subtropische hogedrukgebieden (30° NB en ZB) richting de evenaar waait. Op het noordelijk halfrond komt deze uit het noordoosten, op het zuidelijk halfrond uit het zuidoosten
polaire zone
Landschapszone rond de polen met ijskappen, gletsjers en toendra
stralingsbalans
Het dynamisch evenwicht in inkomende en uitgaande straling op aarde
subtropische zone
Landschapszone op de overgang van aride en gematigde zones, vaak gekenmerkt door droogtetolerante vegetatie
thermohaliene circulatie
Stroming van zeewater op enige tot grote diepte, aangedreven door verschillen in temperatuur en zoutgehalte
tropische zone
Landschapszone rond de evenaar, gekenmerkt door tropisch regenwoud, savanne en tropische landbouw
versterkt broeikaseffect
Het deel van het broeikaseffect dat wordt veroorzaakt door menselijk handelen. Het gaat hierbij met name om de uitstoot van koolstofdioxide
warme zeestroom
Zeestroom die afkomstig is uit een warmer gebied
zeestroom
Dominante stroming op zee, vaak in de richting van de overheersende wind en daardoor aangedreven
zuidelijke oscillatie
Voortdurende verandering in het luchtdrukverschil over de Grote Oceaan tussen Indonesië en Peru. De veranderingen kennen min of meer een vast patroon