Begrippen H1: "Verstedelijking in Nederland" Flashcards
"er staat alleen maar 1.2 en 1.3 in.
Stedelijke functies
De taken van een stad voor zijn inwoners en een groot gebied in de omgeving, zoals wonen, werken, recreëren, onderwijs en gezondheidszorg.
Re-urbanisatie
Vanuit de dorpen opnieuw naar de stad verhuizen.
Platteland
Gebied buiten de stad.
Suburbanisatie
Trek van de stad naar het platteland.
Verstedelijking
Trek naar de stad.
Verpaupering
Achteruitgang van een stadswijk.
Stad
Een plaats met ten minste 50.000 inwoners, een hoge bevolkingsdichtheid en veel voorzieningen.
Bevolkingsdichtheid
Gemiddeld aantal inwoners per km2.
Forens
Iemand die dagelijks heen en weer reist tussen woongemeente en werkgemeente.
Urbanisatie
Trek van het platteland naar de stad.
Nieuwbouwwijk
Wijk aan de rand van de stad met vooral eengezinswoningen die gebouwd zijn na 1985.
Eengezinswoning
Een woningsoort die bedoeld is voor iemand met een partner en kinderen.
Arbeiderswijk
Woonwijk bij het stadscentrum waar vroeger de mensen woonden die van het platteland kwamen om in de fabrieken te werken.
binnenstad
Het oudste deel van de stad dat gebouwd is voor 1870.
stadscentrum
Het hart van de stad waar voor winkels, kantoren en uitgaansmogelijkheden zijn.