Begrippen 2.2 Flashcards

1
Q

Collectivisatie

A

Samenvoeging van privéboederijen in de grote gemeenschappelijke landbouwbedrijven.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Fascisme

A

Antidemocratische totalitaire, gewelddadige en extreem nationalistische politieke beweging.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Ideologie

A

Politieke leer, geheel van ideeën over de inrichting van de samenleving.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Indoctrinatie

A

Het systematisch opdringen van ideeën.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Koelakken

A

Communistisch scheldwoord voor zelfstandige boeren.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Kolchoz

A

Groot landbouw bedrijf waarop boeren samenwerkten en tegen vaste prijzen moesten leveren aan de staat.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Planeconomie

A

Economie waarbij de staat voorschrijft wat miet worden geproduceerd.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Stalinisme

A

Variant van het communisme met extreme onderdrukking en extreme verering van één leider die alle macht heeft.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Totalitarisme

A

Het streven naar totale controle over de maatschappij, inclusief het denken van mensen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly