Bedrijfseconomie blok 5 Flashcards
Cost accounting
Het ‘produceren’ van management informatie, zoals kengetallen
Management Control
Deelaspect van management, gericht op het vergroten van de kans dat managers van een organisatie doelgericht gedrag vertonen, waarmee de kans wordt vergroot dat de organisatie haar doelen zal halen
Kosten definitie
De in geld gemeten (onvermijdelijke) opgeofferde waarden aan ingezette schaarse productiemiddelen
Kosten versus offers
Offers = onvermijdelijke kosten + verspillingen
Kosten versus uitgaven
Aanschaf vs. gebruik
Opportuniteitskosten
(Een fundamenteel (en lastig) begrip)
Opportuniteitskosten (alternatieve kosten): kosten gelijk aan baten, die verloren gaan door het niet uitvoeren van het beste alternatief
Duurzame productiemiddelen, Kosten
- Afschrijvingen (waarde vermindering)
- Kosten vermogensbeslag (rente) –> onafhankelijk van eigen of vreemd vermogen
- Complementaire kosten (bijkomende kosten aan energie, onderhoud, grond- en hulpstoffen, arbeid etc.)
Afschrijvingen, Aanschaf
- Monetaire transactie
- Uitgave, geen kosten
- TIjdstip T=0 (‘einde boekjaar’)
Afschrijvingen, Afschrijving
- Door gebruik en verstrijken van de tijd
- Kosten, geen uitgaven
- Gedurende het boekjaar (T=1, T=2, T=n)
T=n , Technische invalshoek
Levensduur: periode waarbij het productiemiddel in staat is producten voort te brengen in de gewenste hoeveelheid en binnen de gestelde kwaliteitsnormen (gebruikswaarde)
T=n , Economische invalshoek
Levensduur: periode waarbij het productiemiddel prestaties levert met opbrengstwaarde hoger dan de (complementaire) kosten.
Afschrijvingsmethoden: A Vast percentage-afschrijvingen
i. Afschrijvingskosten: vast percentage van de aanschafprijs met 2 opties voor de rentekosten:
1. rente over de gemiddelde boekwaarde (ieder jaar hetzelfde)
2. rente over de actuele boekwaarde (ieder jaar anders)
ii. Zowel afschrijvingen als rente: vast percentage van de actuele boekwaarde
Afschrijvingsmethoden: B Annuïtair
Afschrijvingen + rente = jaarlijks hetzelfde bedrag
A. i. vast percentage van de aanschafprijs (lineair)
afschrijving: (aanschaf-restwaarde) / levensduur
A.i. 1 rente % over de gemiddelde boekwaarde
rente= ((aanschaf+ restwaade) / 2) x i
A.i. 2 rente % over de actuele boekwaarde
rente over T = (boekwaarde ultimo T-1) x i
A. ii vast % actuele boekwaarde voor afschrijvingen en rente
wortel van n (restwaarde/aanschafwaarde) = 1- X/100
Jaarrekening
Financieel verslag van de organisatie
- Directieverslag (jaarverslag)
- Jaarrekening in engere zin
- -> Balans
- -> resultatenrekening
- -> toelichting op balans en resultatenrekening
- Accountantsverklaring
De balans
Weergave van omvang en samenstelling van de vermogenspositie van een organisatie, aan het einde van een boekjaar
Kenmerken van de balans
- moment
- vermogensverwerving
- vermogensaanwending
Balansposten passiva - voorzieningen
Toekomstige financiële verplichtingen waarvan het bestaan wel vaststaat, maar tijdstip en omvang nog niet met zekerheid vaststaan.
Meestal geïnterpreteerd als vreemd vermogen bijv.: Pensioenen, onderhoud, garantieverplichtingen
Resultatenrekening
Overzicht van de in een bepaalde periode gemaakte kosten en gerealiseerde opbrengsten
Resultatenrekening kenmerken:
- Gedurende het jaar
- Lasten
- Baten
Verband Balans en Resultatenrekening
De toe- of afname van het eigen vermogen op de balans = de grootte van het exploitatieresultaat op de resultatenrekening