Basis Positieve woorden Flashcards
1
Q
aimer
A
houden van
2
Q
améliorer
A
verbeteren
3
Q
l’amour
A
de liefde
4
Q
apprécier
A
waarderen
5
Q
attirer
A
aantrekken
6
Q
augmenter
A
toenemen
7
Q
l’avantage
A
het voordeel
8
Q
célèbre
A
beroemd
9
Q
content
A
tevreden
10
Q
croître, croissant, accroissement
A
groeien, groeiend, de groei
11
Q
accroissement, accroît, accru(e,s)
A
groei, het groeit, is gegroeid
12
Q
efficace
A
doeltreffend
13
Q
encourager
A
aanmoedigen
14
Q
favoriser
A
begunstigen, de voorkeur geven aan
15
Q
fier
A
trots