artrose Flashcards
Beschrijf de aandoening heup- en/of knieartrose
Het is de meest voorkomende aandoening van het houding en bewegingsapparaat, kenmerkend is een langzaam en wisselend progressief verlies van gewrichtskraakbeen
Andere veranderingen kunnen zijn van het subchondrale bot en woekeringen van het bot aan de gewrichtsranden (vorming van osteofyten)
Het synoviale membraan kan geprikkeld zijn wat leidt tot gewrichtsontsteking.
wat zijn de epidemoilogische gegevens van artrose
knie artrose komt vaker voor dan heupartrose
het komt vaker voor bij vrouwen dan mannen
het risico op artrose neemt toe met een piek ronde 78-79 waarna het weer afneemt.
wat zijn de risicofactoren, symptomen en radiologische afwijkingen die een rol spelen bij de diagnose van knieartrose
risicofactoren
- Leeftijd
- Geslacht
- BMI
- Werk
- Artrose in de familie
- Knieletsel in voorgeschiedenis
Symptomen - Kniepijn - (korte) ochtendstijfheid - Functionele beperking Signalen - Crepitatie - Bewegingsbeperking - Botaangroei
Radiologische afwijkingen
- Osteofyten
- Versmalde gewrichtsspleet
- Subchondrale sclerose
- Subchondrale cysten
Waarom zou je een laboratoriumonderzoek doen in het geval van artrose
In geval van artrose is er een normale bloedbezinking te zien bij reumatoide artritis daarintegen niet het radiologisch onderzoek vindt vaak plaats op verzoek van de patient te bevestiging van de diagnose
Beschrijf het scoringsstyeem volgens kellgren en lawrence voor artrose
Voor rontgenonderzoek wordt het scooringssysteem volgens kellgren en lawrence gebruikt dat gebaseerd is op demate van kraakbeenverlies, de aanwezigheid van osteofyten, de mate van sclerosering van suchondrale bot en de vroming van cysten
Er zijn 5 graden (0-4) bij graad 2 of hoger is er sprake van artrose.
Wat is het algemene klinisch beeld van artrose
- Pijn is voor de meeste het belangrijkste symptoom
- Dit is meestal bij starten van bewegen en langdurig belasten
- De pijn neemt vaak toe naarmate de dag vordert
- In latere fase is er ook pijn in rust en nachtelijke pijn
- Stijfheid bij artrose is meestal startstijfheid die na enkele minuten verdwenen is
- Aan de gewrichtsranden kunnen benige zwellingen (osteofyten) worden gepalpeerd (drukpijnlijk)
- Er kan sprake zijn van wekedelenzwelling of intra-articulaire zwelling (hydrops of synovitis)
- Bij heupartrose zit de pijn meestal in de lies en voor-laterale zijde van de heup, soms in het bovenbeen of uitstralend naar het bovenbeen en de knie.
Wat zijn de klinische factoren bij heup artrose
- Meer dan 3 maanden pijnklachten
- Geen verergering van de pijn bij zitten
- Pijn bij palpatie over het ligamentum inguinale
- Verminderde exorotatie, endorotatie en adductie
- Een benig eindgevoel
- Spierkrachtverlies van abductie van de heup.
Wat zijn de klinische factoren bij knie artrose
- Ouder dan 50 jaar
- Ochtendstijfheid van minder dan 30 minuten
- Crepitaties bij bewegingsonderzoek
- Gevoeligheid van de benige structuren
- Benige verbreding van het kniegewricht
- Afwezigheid van een verhoogde temperatuur in het gewricht
Wat zijn de risicofactoren voor het ontstaan van heup- en/of knieartrose
Systemische factoren bepalen de individuele gevoeligheid van het gewricht voor de inwerking van lokale biomechanische factoren met als resultaat artrose in een bepaald gewricht van bepaalde ernst
Systemische factoren
- Leeftijd
- Ras (minder voor knie)
- Genetische aanleg (minder voor knie)
- Geslacht
- Overgewicht (minder voor heup)
- Gegeneraliseerde artrose
- Malalignement (knie)
Biomechanische factoren Intrinsieke factoren - Trauma in verleden - Gewrichtsaandoening - Congenitaal (congentiale heupdysplasie, ziekte van perthes) - Operatie (menisectomie) - Spierzwakte (minder voor heup) - Laxiteit (minder voor heup) Extrinsieke factoren - Overgewicht (minder voor heup) - Zwaar beroep veel tillen, hurken - Sport - Zitten in hurkhouding (minder voor heup)
wat zijn de risicofactroen voor radiologische en klinische progressie van heup/knie artrose
radiologische progressie
- Overgewicht
- Gegeneraliseerde artrose
- Radiologische afwijkingen bij eerste diagnosestelling (niet voor knie)
- Botartrofie (niet voor knie)
- Verhoogde CRP C-reactive protiene)
- Hoog niveau van hyaluronzuur in gewricht
- Malalignement (knie)
- Erfelijke aanleg
Klinische progressie
- Psychosociale factoren
- Depressie
- Lage inschatting eigen mogelijkheden (self-efficacy)
- Lage sociaaleconomische status
- Gebrek aan beweging
- Hogere leeftijd (niet voor knie)
- Vrouwelijk geslacht (niet voor knie)
- Comorbiditeit
- Pijn
- Spierzwakte
- Verminderde proprioceptie
- Verhoogde laxiteit
Wat is het beloop van artrose
Het is een zeer heterogeen beloop
Een langzaam voortschrijdend proces met periode van relatieve stabiliteit met weinig symptomen met perioden met actievere pijn of inflammatoire verschijnselen (FLARE)
Snelheid van ontwikkeling hangt af van aanwezige risicofactoren
Bij ernstige radiologische afwijkingen en veel pijn kan uiteindelijk een operatie nodig zijn
Wat is algemeen de behandeling van artrose
Er is geen behandelnig die artrose kan genezen
De belangrijkste pijlers van de behandeling zijn
- Oefentherapie
- Leefstijladviezen (meer bewegen/oefenen, gewrichtsbescherming en afvallen)
- Medicamenteuze pijn bestrijding
- Evenuteel chirurgische behandeling
Benoem de rode vlaggen van artrose
- Onverklaarbare warmte en gezwollen (rode) knie (bacteriele infectie?)
- Onverklaarbare pijn in de heup en/of knie
- Zwelling in de lies (maligniteit?)
- Ernstige slotklachten in de knie
- (hevige) pijn in rust en zwelling (zonder trauma) (maligniteit?)
Bij aanwezigheid van gewricht vervangende prothesen
- Koorts
- Infectie
- Onverklaarbare hevige pijn in de heup en/of knie
Wat zijn probleemgebieden en beinvloedende factoren bij artrose (aan de hand van ICF)
Functies/anatomische eigenschappen
- Proprioceptie
- Pijngewaarwording
- Mobiliteit
- Stabiliteit
- Spierkracht
- Spieruithoudingsvermogen
Activiteiten - Uitvoeren transfers o Bukken, hurken, knielen o Zitten/opstaan uit bed/stoel o Auto in en uitstappen o Liggen/omdraaien in bed - Lopen - (lang) staan en zitten - Verplaatsen o Traplopen o Fietsen o OV
Participatie
- Werk
- Sport/ vrije tijd/ recreatie
Externe factoren
- Producten en technologie voor persoonlijk gebruik in dagelijks leven of werk of ontspanning
- Familie, vrienden, mantelzorgers
Persoonlijke factoren
- Beroep
- Ervaringen
- Comorbiditeiten
- Karakter
- Leefstijl
- Coping
- Zelfredzaamheid
- Ziekteperceptie
- Leeftijd
- Geslacht
Waar let je op tijdens inspectie en palpatie bij artrose
Inspectie - Stand van de gewrichten in rust - Hoe de patient beweegt - ADL activiteiten als lopen, zitten/opstaan, gaan liggen - Aandacht voor het bekken/ enkels/ voeten - Kwaliteit van bewegen - Gebruik van hulpmiddelen Palpatie - Zwelling - Verdikkingen - Temperatuurverhoging - Spiertonus