anatomie voortgangstoets Flashcards

1
Q

increten worden afscheiden door

A

endocriene klieren

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

glasachtig kraakbeen vind je onder andere in de

A

luchtpijp

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

in welke deel van de huid bevinden zich talg en de zweetklieren

A

talg boven en zweetklieren onder in de lederhuid

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

welke bewering over melanocyten is waar

A

melanocyten prouceren melanine

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

wat gebeurt er bij het draaienvan de hoofd ‘‘nee’’

A

beweegt de atlas om een uitsteeksel van de draaier

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

wat zijn de functies van skelet

A
  • aanhechting plaats voor spieren

- beschermen inwendige ogenenen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

door wat wordt de schouderblad omhoog getrokken

A

bovenste deel van de monningskapspier

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

hoe verloopt de tweehoofdige kuitbeen

A

verloopt van de dijbeen naar de heilbot

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

het verschijnsel rubber bij een ontsteking is het directe gevolg van

A

verwijcding van de huicappilairen op de plaats van de onstekeing

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

wanneer spreekt men van passieve immunisatie

A

indien er antistoffen worden ingespoten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

door wat wordt koortsuitslag veroorzaakt op de lippen

A

virussen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

wat is de belangrijkste spier bij het uitademen

A

buikspier

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

koolzuurrijk bloed wordt naar het hart gevoerd via aders die uitmonden in

A

rechterboezem

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

belangrijke functie van erytrocyten

A

rode bloedcellen, zuurstof transport.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

de uitwisseling van voedingsstoffen en gassen tussen bloed en weefsel vindt plaats in de van de

A

capillairen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

voortuinen wordt gevormd in de

A

nierschors

17
Q

waar wordt resorptie van nuttige stoffen uit de voorurine

A

inder andere in de lis van henle

18
Q

waar vindt de voornaamste resorptie van voedingsstoffen plats

A

wand van de nuchtere darm en kronkeldarm

19
Q

welke enzym is er aanwezig in maagsap

A

protease

20
Q

wat vermindert ontstekingsverschinselen

A

cortisol

21
Q

een hormoon dat vocht en zouthuishouden beïnvloed is

A

antidiuretisch hormoon

22
Q

wat is de glomeruli

A

zijn kluwen van slagaderlijke bloed, die in de nierschors met hogedruk zorgen voor filtrstue van het bloed.

23
Q

wat produceert de alvleesklier

A

insuline en glucagon

24
Q

testlichaampjes

A

krause- koud
Meissner - lichte aanraking
Vater pacini - druk
Ruffini- warmte

25
Q

wat gebeurt er in de longblaasjes

A

uitwisseling van koolzuurgas, zuurstof en waterdamp

26
Q

wat produceert de schildklier en functie

A

produceert thyroxine, en dit hormoon regelen de stofwisseling