Anafylaxie Flashcards

1
Q

Er zijn 2 criteria waaruit je kunt kiezen bij diagnostiek anafylaxie. Wat is criteria 1?

A

Acuut begin ziekte met huidaspect en/of mucosa betrekking EN minstens 1 van volgende:

  1. Luchtweg obstructie: stridor, bijgeluiden, lage sat
  2. Circulatie dysfunctie: hoge pols, lage RR, klam
  3. Ernstige GI symptomen: dikke tong, misselijk, braken, diarree
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Er zijn 2 criteria waaruit je kunt kiezen bij diagnostiek anafylaxie. Wat is criteria 2?

A

Acuut begin van hypotensie OF bronchospasmen OF larynx aspect na blootstelling, mogelijk zonder typisch huidaspect.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat staat er hoog in DD bij anafylaxie?

A
  • Andere vorm shock
  • Vasovagaal
  • Exacerbatie astma
  • Corpus alienum
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Met wat is PUPPP geassocieerd?

A

Met 3e trimester zwangerschap

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Vanaf welke graad is er sprake van anafylaxie?

A

Vanaf graad 3, met betrekking lage luchtwegen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Waaruit bestaat de acute behandeling van anafylaxie?

A
  1. Adrenaline
  2. Bronchodilatoren
  3. Antihistaminica
  4. Corticosteroïden
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly