Ak H4 Flashcards

1
Q

Draagkracht

A

Het vermogen van de aarde om duurzaam aan de behoeften van de mens te voldoen, zonder dat dit ten koste gaat van het milieu.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Milieu

A

De omstandigheden waarin organismen leven, zoals de water- en bodemkwaliteit en de concurrentie met andere organismen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Ecosysteem

A

Een gemeenschap van dieren en planten (organismen) in een gebied, waarbij er een wisselwerking is tussen de organismen onderling en tussen de organismen en de niet-levende natuur (bodem, water en lucht).

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Vervuiling

A

Situatie waarbij er schadelijke stoffen in het milieu terechtkomen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Eutrofiëring

A

Situatie waarbij er te veel voedingsstoffen in de bodem of het water terechtkomen, waardoor sommige organismen sterk toenemen ten koste van andere organismen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Verzilting

A

Toename van het zoutgehalte van de bodem of van zoet water.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Uitputting

A

Achteruitgang van de bodemkwaliteit door te intensief grondgebruik.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Verzuring

A

Verzurende stoffen uit de lucht slaan neer en komen in het water en de bodem terecht.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Koolstofkringloop

A

Kringloop die laat zien hoe het element koolstof circuleert tussen allerlei chemische verbindingen op aarde.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Versterkt broeikaseffect

A

Door de toename van de broeikasgassen door menselijke activiteiten wordt er meer warmte in de atmosfeer vastgehouden en stijgt wereldwijd de temperatuur.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Permafrost

A

Altijd bevroren ondergrond in koude klimaatgebieden.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Milieuramp

A

Veel schade aan een ecosysteem doordat er grote hoeveelheden schadelijke stoffen of radioactieve straling in het water, de lucht en/of de bodem terechtkomen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Ruimtelijke ordening

A

Het doelmatig inrichten van de leefomgeving door de overheid met ruimtelijke plannen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Milieubeleid

A

Regels en maatregelen van de overheid die de kwaliteit van de leefomgeving verbeteren.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Lineaire economie

A

Economie waarin voor nieuwe producten steeds weer nieuwe grondstoffen nodig zijn, die voornamelijk uit de natuur worden gehaald. Producten belanden na gebruik bij het afval.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Circulaire economie (kringloopeconomie)

A

Economie die grondstoffen voortdurend en volledig hergebruikt en die geen afval produceert.