Acute zorg Flashcards

1
Q

Wat is de rautek?

A

Vervoersgreep waarmee je liggend of zittend slachtoffer kunt verplaatsen naar een veilige plek

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat zijn de stappen voor de Rautek met een liggend slachtoffer?

A
  1. Spreek slachtoffer aan
  2. Plaats been achter hoofd
  3. Vloeiende beweging over zwaarte punt
  4. Kies hand minste sieraden
  5. Let op duimen houd pols vrij
  6. Til met rechte rug
  7. Ondersteun hoofd en nek
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat zijn de stappen voor Rautek zittend?

A
  1. Benader slachtoffer aan gezicht
  2. Zet been tussen benen van slachtoffer
  3. Pak slachtoffer bij schouder vast
  4. Houdt stoel vast en loop om stoel heen
  5. Schuif armen onder oksels
  6. Breng onderarm slachtoffer voor borst
  7. Stap langs stoel, begeleid naar de grond
  8. Leg slachtoffer voorzichtig neer
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat is de indicatie en het doel voor de rautek liggend?

A

Indicatie: onveilige indicatie
Doel: snel verplaatsen naar veilige plek

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat zijn voor en nadelen van de rautek?

A

Voordelen: snel verplaatsen naar veilige omgeving, snel naar de grond verplaatsen
Nadelen: verergering letsel, niet bruikbaar bij zwaar slachtoffer

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat zijn de stappen van iemand op de rug draaien?

A
  1. Spreek slachtoffer aan
  2. Leg arm dichtstbij langs lichaam
  3. Leg dichtstbij been over andere been
  4. Loop om slachtoffer heen
  5. Plaats arm langs hoofd, palm omlaag
  6. Pak slachtoffer bij schouder en heup
  7. Draai slachtoffer naar je toe tot zij
  8. Ondersteun hoofd en draai verder
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat is de indicatie en contra-indicatie van iemand op de rug draaien?

A

Indicatie: bewusteloos in buikligging
Contra-indicatie: bij bewustzijn + verdenking op cwk-letsel

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Wat zijn voor en nadelen van iemand op de rug draaien?

A

Voordelen: snelle techniek
Nadelen: verergering letsel

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat zijn de stappen van Head tilt Chin lift (HTCL)

A
  1. Breng hoofd iets achterover met hand op voorhoofd
  2. Plaats vingertoppen aan andere kant onder kin en til op
  3. niet te hard drukken, kan tot afsluiting luchtwegen leiden
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wat is de indicatie en contra-indicatie van HTCL?

A

Indicatie: airway obstructie door verminderd bewustzijn
Contra-indicatie: verdenking op cwk-letsel

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Wat zijn de voor en nadelen van HTCL?

A

Voordelen: snel en eenvoudig
Nadelen: verwijderd geen vloeistof, mogelijke verergering CWK-letsel, je hebt je handen niet vrij

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Wat zijn de stappen van de Jaw-thrust?

A
  1. Zorg dat slachtoffer op de rug ligt
  2. Stel op achter het hoofd van slachtoffer
  3. Plaats duimen aan beide kanten op jukboog van slachtoffer en plaats lichte druk ter stabilisatie CWK
  4. Plaats vingers onder kaak, net onder oor
  5. Beweeg onderkaak naar plafond
  6. Open zo nodig mond door duimen op kin te plaatsen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Wat is de indicatie en contra-indicatie van Jaw-thrust?

A

Indicatie: airway obstructie door verminderd bewustzijn en verdenking op CWK letsel
Contra-indicatie: reanimatie op straat

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Wat zijn de stappen voor manuele stabilisatie?

A
  1. Benader slachtoffer buikzijde
  2. Vertel slachtoffer wat je gaat doen en zeg dat hij zijn hoofd niet mag bewegen
  3. Steun elle bogen op je knieën of op de grond als je ligt
  4. Zorg dat oren, ogen en halsslagader vrij blijven
  5. Blijf communiceren
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Wat is de indicatie en contra-indicatie van manuele stabilisatie?

A

Indicatie: verdenking CWK-letsel als bij bewust
Contra-indicatie: niet meewerkend slachtoffer

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Wat zijn voor en nadelen van manuele stabilisatie?

A

Voordelen: eenvoudige techniek
Nadelen: vermoeiende techniek

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

Wat zijn de stappen voor de stabiele zijligging?

A
  1. Plaats arm haaks op lichaam
  2. Plaats andere arm naast hoofd met palm omlaag
  3. Buig been verst van je af
  4. Draai slachtoffer tot zijligging naar je toe
  5. Let op 3 dingen: heup 90 graden, armen niet op elkaar, hoofd naar achter
  6. Controleer ademhaling 10 sec
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
18
Q

Wat is de indicatie en contra-indicatie van de stabiele zijligging?

A

Indicatie: HTCL niet mogelijk/effectief, meerdere slachtoffers, vloeistof in de mond
Contra-indicatie: verdenking op CWK letstel

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
19
Q

Wat zijn de voor en nadelen van de stabiele zijligging?

A

Voordelen: vloeistof kan aflopen, handen vrij
Nadelen: verergering CWK letsel, controle ademhaling lastiger

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
20
Q

Wat zijn de stappen voor de snelle kantelmethode?

A
  1. Pak schouder en heup
  2. Trek slachtoffer naar je toe en laat braken
  3. Leg in stabiele zijligging
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
21
Q

Wat is de indicatie van de snelle kantelmethode?

A

Begint braken

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
22
Q

Wat zijn de voor en nadelen van de snelle kantelmethode?

A

Voordelen: snelle methode, braaksel uit mond
Nadelen: mogelijk verergering letsel

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
23
Q

Hoe herken je een verstikking / verslikking?

A

Benauwdheid, ademt abnormaal hoorbaar en hoest, grijpt met wijde ogen naar keel

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
24
Q

Wat moet je doen bij een verstikking / verslikking?

A
  1. Stimuleer blijven hoesten
  2. Bij geen geluid meer en niet meer hoesten is er een niet effectieve hoest, Bel 112
  3. Haak arm onder oksel en pak schouder
  4. 5 opwaartse rugslagen tussen schouderbladen
  5. 5 buikstoten
  6. Wissel af
  7. Draai heup tegen rug slachtoffer
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
25
Q

Wat is de contra- indicatie bij een verslikking / verstikking?

A

Bewusteloos slachtoffer

26
Q

Wat zijn de voor en nadelen van rugstoot, buikstoot?

A

Voordelen: zeer effectief
Nadelen: veroorzaken letsel

27
Q

Waar staat ABCDE voor?

A

Airway
Breathing
Circulation
Disabilities
Exposure / Environment

28
Q

Wat controleer je bij de A?

A

Controleren en waarborgen vrije luchtweg en beschermen CWK

29
Q

Wat kijk je bij de A?

A
  • Is er verdenking op CWK
  • Is slachtoffer helder en georiënteerd
  • Is er letsel in het aangezicht
  • Mondinspectie
  • Zijn er thoraxexcursies
30
Q

Wat luister je bij de A?

A
  • Geen geluid (ademhalingsstilstand)
  • Snurken
  • Rochelen (bloed / braaksel in luchtweg)
  • Stridor
31
Q

Wat voel je bij de A?

A

Uitgeademde lucht

32
Q

Wat controleer je bij de B?

A

Controleren en waarborgen adequate ventilatie en oxygenatie

33
Q

Wat kijk je bij de B?

A
  • Kleur van de huid
  • Externe verwondingen
  • Ademarbeid
  • Ademhalingsfrequentie
  • Symmetrie van thoraxexcursies
  • Diepte thoraxexcursies
34
Q

Wat luister je bij de B?

A

Piepen

35
Q

Wat voel je bij de B?

A
  • Symmetrie thoraxexcursies
  • Frequentie ademhaling
  • Diepte thoraxexcursies
36
Q

Wat controleer je bij de C?

A

Controleren en waarborgen sufficiëntie circulatie

37
Q

Wat kijk je bij de C?

A
  • Grote externe bloedingen
  • Kleur huid
  • Capillaire refill
  • Bewustzijn
38
Q

Wat voel je bij de C?

A

Pols: kracht, frequentie en regelmaat

39
Q

Wat controleer je bij de D?

A

Controleren neurologische status en acute pathologie diagnosticeren en behandelen AVPU-score

40
Q

Wat is de AVPU score?

A

Alert: als slachtoffer spontaan en samenhangend reageert of enigzins verward is
Verbal: als slachtoffer niet spontaan reageert maar wel aanspreekbaar en verwarde of suffe of agressieve indruk heeft
Pain: als slachtoffer alleen reageert op pijnprikkel
Unresponsive: als slachtoffer nergens op reageert

41
Q

Welke pijnprikkels heb je?

A
  • Druk op nagelbed met voorwerp
  • Druk met duim op bovenrand van oogkas
  • Wrijf op sternum met een vuist
42
Q

Wat controleer je bij de E?

A

Volledige top tot teen inspectie en hypothermie voorkomen / behandelen

43
Q

Wat kijk je bij E?

A

Top tot teen inspectie

44
Q

Wat voel je bij de E?

A

Temperatuur (dek slachtoffer af om afkoeling te voorkomen)

45
Q

Wat is het SBAR-protocol?

A

Wordt gebruikt voor communicatie tussen hulpverleners.
- Situation: informatie over jezelf, je locatie, patiënt en probleem
- Background: relevante voorgeschiedenis, recente behandelingen, medicatiegebruik, relevante info
- Assesment: oordeel huidige situatie patiënt
- Recomendation: welke behandeling gegeven en hoe reageert patiënt hierop

46
Q

Wanneer wordt iemand verdacht van CWK-letsel?

A
  • Val van >1 meter hoogte of >5 traptreden
  • Axiaal trauma
  • Ongeval met motorvoertuig met hoge snelheid
  • Uit voertuig geslingerd of voertuig over de kop
  • Relevante aanrijding tweewielers
  • Direct na een trauma slachtoffer nekpijn heeft aangegeven
  • Slachtoffer direct na ongeval gevoelsstoornissen, krachtverlies of tintelingen heeft
  • Situational awareness
47
Q

Wat is de secundary survey AMPLE?

A

Allergieën
Medicatie
Past: relevante voorgeschiedenis
Laatste maaltijd
Event: informatie over wat er is gebeurd

48
Q

Wat is shock?

A

Onvoldoende bloed of zuurstof aan de weefsels

49
Q

Wat is hypovolemische shock en wat zijn symptomen ervan?

A

Shock door bloedverlies
- Bedreigd in verlaagd bewustzijn (A)
- Tachypneu (B)
- Tachycardie (C)
- Koud en klam (C)
- Bleke huid(C)
- Zwakke pols (C)
- Verlaagd bewustzijn (D)
- Verwardheid (D)
- Afkoeling (E)
- Dorst

50
Q

Wat is cardiogene shock?

A

Shock door verminderde contractiliteit van het hart

51
Q

Wat is distributieve shock?

A

Shock door dilatatie van vaten vanwege afname van vaattonus en verminderde vaatweerstand, hoeveelheid circulerend volume blijft gelijk maar is niet voldoende voor adequate perfusie

52
Q

Wat is obstructieve shock?

A

Shock door obstructie in cardiovasculair systeem waardoor verminderde preload van hart ontstaat, minder hartminuutvolume

53
Q

Wat is dissociatieve shock?

A

Shock doordat bloed verliest zuurstofdragend vermogen (CO vergiftiging)

54
Q

Wat moet je doen bij verdenking op Cerebrovasculair accident (en wat is het)?

A

Hersenbloeding / infarct
Je moet overgaan op BEFAST en 112 bellen

55
Q

Waar staat BEFAST voor

A

Balance: slachtoffer verliest evenwicht, is duizelig, leunt naar een kant of staat niet stabiel
Eyes: vraag of hij slechter of dubbel ziet
Face: vraag slachtoffer te glimlachen, als mond hangt is F positief
Arms: vraag slachtoffer ogen te sluiten en beide armen uit te strekken bij wegzakken arm is sprake van uitval en is A positief
Speech: als slachtoffer onduidelijk spreekt is S positief
Time: schrijf tijdstip aanvang symptomen op

56
Q

Waar moet je aan denken bij een plotseling verwarde patiënt met verminderd bewustzijn?

A

Glucose, vaker hypo dan hyperglycaemie

57
Q

Wat moet je doen bij Hyperglycaemie en bij Hypoglycaemie?

A

Hyper: assisteer bij controleren bloedsuiker, bel 112 als bewusteloos, spuit nooit insuline
Hypo: assisteer slachtoffer bij inname snelle en langzame koolhydraten

58
Q

Wat is een vasovagale collaps (flauwte)?

A

Tijdelijke wegraking, veroorzaakt door kortdurend zuurstoftekort in hersenen

59
Q

Wat moet je doen bij vasovagale collaps?

A

Vang slachtoffer op
Leg op de rug
Leg benen omhoog
Laat 10 min liggen
Zorg voor prikkelarme en zuurstofrijke omgeving

60
Q

Wat is epilepsie?

A

Een tijdelijke ontregeling van signaaloverdracht in de hersenen. 112 moet altijd gebeld worden.

61
Q

Waarom is triage belangrijk?

A

Treat first what kills first