7. Teambuilding ✔ Flashcards
Definitie teambuilding
Dynamisch proces
- gemeenschappelijk belang > individuele belang
- elk teamlid in staat leveren optimale bijdrage aan teamprestatie
Levensfasen van een team
Elk sportteam heeft eigen ontwikkelingsproces = teamontwikkelsingsmodel
1: Vormfase
=> richting & duidelijkheid
2: Stormfase
=> onderlinge conflicten + leiderschap & autotiteit van coach
3: Normfase
=> meer zelfstandigheid & autonomie: missie wordt duidelijk
4: Prestatiefase
=> aandacht voor teamontwikkeling
5: Uiteenvallen
=> coach geeft waardering, richting, ondersteuning
Het draait om normen & prestaties
Striver
Striving talent
=> andere spelers begrijpen: synergie ontstaat
=> groter teamresultaat
Rollen coach
Spelers zijn betrokken bij doel & elkaar
Verdelen van rollen en scheppen van duidelijkheid
Zorgt voor sfeer van onderling vertrouwen, waardering en respect
Teamtaak vs teamproces
Teamtaken zijn meetbare, controleerbare gebeurtenissen die leiden tot een teamproces
Mentale vorming (3 componenten)
- Leren samenwerken in een team
- Incasseringsvermogen ontwikkelen
- Confrontaties durven aangaan
Bewust trainen
Mentale componenten bewust toepassen => groter effect
Coachingsstijl:
4 hoofdstijlen
Leiderschapsstijlen
Afgeleide leiderschapsstijlen
Coachtypes
Transformationeel leiderschap
- Globale doelstelling
- Globale instructiemethode
- Presteren mag
- Open planning
- Inspraak van de groep
- Groepsgericht
- Homogene groep
Transactioneel leiderschap
- Nawukeurig omschreven doelstelling
- Specifieke instructie
- Presteren moet
- Gesloten planning
- Trainer bepaalt
- Individueel gericht
- Heterogene groep
Het schakelen van een trainer tussen rollen