54-74 Flashcards
1
Q
Theatrum
A
Theatri o het theater
2
Q
Mulier
A
Mulieris v de vrouw
3
Q
Uxor
A
Uxoris v de echtgenote
4
Q
Cogitare
A
Cogito nadenken
5
Q
Dare
A
Do geven
6
Q
Narrare
A
Narro vertellen
7
Q
Properare
A
Propero zich haasten
8
Q
Rogare
A
Rogo vragen
9
Q
Spectare
A
Specto bekijken, op het oog hebben
10
Q
Stare
A
Sto staan blijven staan
11
Q
Gaudere
A
Gaudo blij zijn
12
Q
Statua
A
Statuae v het standbeeld
13
Q
Eques
A
Equitis m de ridder de ruiter
14
Q
Laborare
A
Laboro werken lijden
15
Q
Apparere
A
Apparo verschijnen blijken