4.3 Aanvankelijk rekenen

Question 1

Wanneer start het aanvankelijk rekenen?

Answer 1

groep 3

Question 2

Incidenteel leren leidt tot … kennis

Answer 2

informele

Question 3

In groep 3 gaat incidenteel leren steeds meer plaats maken voor …

Answer 3

intentioneel leren

Question 4

intentioneel leren leidt tot … kennis

Answer 4

formele

Question 5

Leg uit hoe het eruit ziet als je handelend bezig bent

Answer 5

bv je vertelt over kinderen die knikkers delen, of gebruikt materiaal als blokjes, of tekent een getallenlijn

Question 6

kinderen die geen materiaal meer nodig hebben bij het rekenen, die

Answer 6

maken gebruik van de ‘formule’

Question 7

als kinderen nieuwe rekenproblemen niet goed begrijpen, dan …

Answer 7

moet je terug grijpen naar de handeling om ze te helpen.

Question 8

Pjotr Galperin

Answer 8

Een Russische psycholoog die een werkwijze bedacht waarmee je een rekenprobleem aan kan pakken in een aantal stappen.

Question 9

Wat zijn de 5 stappen van Galperin

Answer 9

1. Oriëntatie op het probleem. Wat is het doel van de handeling.
2. Het uitvoeren van de handeling (met gebruik van materiaal)
3. De materiële stappen en de handeling worden verbaal begeleid. De leerling herhaalt de handeling en spreekt uit wat hij doet. Eerst met materiaal en dan zonder.
4. Uitvoeren van de handeling zonder materialen. Waarbij de leerling in zijn hoofd (dus abstract) de handeling opzegt.
5. De handeling is verinnerlijkt. De handeling kan met andere gegevens ook met goed resultaat uitgevoerd.

Question 10

Waar komen de stappen van Galperin naar voren?

Answer 10

Bij het busmodel.

Question 11

Stappen van het busmodel:

Answer 11

Rollenspel van chauffeur met instappen en uitstappen.
Daarna herhaal je en zet je de handeling schematische op papier.
Elke handeling wordt uitgesproken.
Later gebruik je een schema, zodat werkelijkheid over gaat in een plaatje als voorbereiding op formeel rekenen.

Question 12

Vertel over het rekenrek

Answer 12

Rekenrek is handeling die meer abstract is geworden.

Concrete voorwerpen worden omgezet in kraaltjes. flitskaartjes bv voor kralen op het rekenrek.

Question 13

Wat zijn steunpunten?

Answer 13

bv (bij rekenen tot 10)

• verdubbelen/halveren
• vijfstructuur
• eerdere geautomatiseerde opgaven
• later handelingen -> verwerken met de juiste handelingstermen

Question 14

Schematisch rekenrek

Answer 14

Volgende stap. je werkt met pijltjes en sprongboogjes

Question 15

Wat zijn strategieën?

Answer 15

Manieren waarop je een rekenprobleem kunt aanpakken

Question 16

Wat is automatiseren?

Answer 16

de leerling rekent dan snel in zijn hoofd

Question 17

Wat is memoriseren?

Answer 17

de uitkomst wordt binnen 2 seconden gegeven

Question 18

Wat is afsplitsen (bij de strategieën tot en met 20)?

Answer 18

bv 14 + 3 (4+4=8) dus 14+4 is 18, dan 1 minder = 13

Question 19

Wat is afleiden (bij de strategieën tot en met 20)?

Answer 19

een aftreksom die opgelost wordt door bijbehorende optelsom. 9-4 = ….. (4+5=9)

Question 20

Wat is aflezen (bij de strategieën tot en met 20)?

Answer 20

kind ziet dat in 1 oogopslag. 9-4 kind steekt 9 vingers op, 4 eraf, ziet meteen dat er 5 over blijven

Question 21

Wat is de strategie telmethode (bij de strategieën tot en met 20)?

Answer 21

bijtellen of doortellen, wegtellen of terugtellen.

Question 22

Welke strategieen kennen we op weg van automatisering tot twintig? (4)

Answer 22

- Afsplitsen (van een bekende som)
10-5 = 5, dus 10-4 = 6
- Afleiden 
9-4 = (5+4 = 9 weet ik)
- Aflezen
9-4  (vingers, kind leest antwoord zo af)
- Telmethoden (bijtellen of doortellen)