4.1: Reactiesnelheid Flashcards

1
Q

Hoe kan je de snelheid van een reactie meten?

A

Kijken naar hoeveel stoffen reageren weg, of hoe snel worden er nieuwe stoffen gevormd

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

reactiesnelheid v

A

v = Δc/Δt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

ALgemene reactie A+B–> C+D geldt dat de reactiesnelheid

A

v = -Δ[A]/Δt = -Δ[B]/Δt = Δ[C]/Δt = Δ[D]/Δt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Afname v/d concentratie v/d reagerende producten en de toename v/d concentratie v/d reactieproducten is afhankelijk van?

A

de snelheid waarmee de bindingen tussen de atomen verbroken worden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly