4: Je brein bepaalt wie je bent Flashcards
link tussen mens en dieren brein
1) we hebben de reptielen- en zoogdierenbrein
2) 3 essentiele hersendelen
- limbisch systeem
- kleine hersenen
- hersenstam
zonder deze kan een organisme niet voortleven
synoniem: amygdala
vecht- vluchtreflex
volgorde van de mensaap
1: australopithecus africanus
2: homo habilis
3: homo erectus
4: neanderthaler
5: homo sapiens
leg uit: australopithecus
- 4,5 miljoen j geleden
- hij liep rechtop (= bipedaliteit OF tweebenigheid
- bloeddruk verlaagde wegens rechtoplopen, aantal bloedvaten nam toe, hersencellen steeg
- groter hersenvolume dan een normale aap
- LUCY
leg uit homo habilis
- gebruiksvoorwerpen maken, met doel als vlees te schrapen
- groter brein
- hij dacht na over hoe je werktuigen maakt, en deelde ervaringen met anderen
- eerste vorm: vormbewuste werktuigcultuur
leg uit: homo erectus
- 1,8 miljoen j geleden
- maakte symmetrische stenen messen en vuistbijlen
- gebruik van vuur
- non verbaal mimetisch bewustzijn (spraken maar met uitbeelding)
leg uit: neanderthaler
- verbale primitieve taal
- in staat tot complexere sociale interacties
- hij begroef soortgenoten
- stierf uit wegens klimatologische redenen (ijstijd) en biologische factoren (onsuccesvolle voortplanting)
- muziek: fluit
- maakten ook kraaljuwelen
leg uit: homo sapiens
- verbale taal
- verhalen via grotschilderingen
- kraaljuwelen als statussymbool, om waarde aan de drager te geven
- positieve feedback: nieuwe dingen ontdekken, en succesvolle resultaten
- cultuuroverdracht: geleerde dingen overbrengen aan de volgende generaties
welke instrument heeft de moderne mens voor een sterke evolutionaire voordeel gezorgd
de taal: we kunnen zo informatie doorgeven, zelfs als we mekaar niet zien
leg uit: menselijke capaciteit van het leren
als je dingen aan- of afleert, wordt je brein gestimuleerde om verbindingen tussen neuronen aan te leggen of te doen afsterven
bv; een taal dat je al 10j niet meer gesproken hebt, moet je weer opfrissen. het ligt wel ergens opgeslagen, maar niet direct beschikbaar. je gaat de taal wel sneller kunnen activeren, omdat de bijhorende hersenverbindingen ooit al gemaakt werden
leg uit neocortex
- 17 miljard neuronen/ zenuwcellen aanwezig (zorgen voor het goed functioneren
- zetel van het bewustzijn
cerebellum (kleine hersenen) functie
- zorgt voor dat mensen fijne , gecoordineerde bewegingen kunnen maken.
bv. met gesloten ogen het puntje van je neus aanraken
als je dit niet kan, is je cerebellum beschadigd
leg uit grijze stof en witte stof
grijze stof: geheel van 86 miljard hersencellen
witte stof: verbindingen tussen hersencellen die er wit uizien zegens de witte islorende stof (myeline)
leg uit: neuronen
= zenuwcellen
- hebben ontzettend veel vertakkingen en connecties met elkaar
- belangrijkste functie : communiceren, zo is de mens in staat tot handelingen (bewegen, ademen) en gedragingen (nadenken, voelen, praten)
- als er communicatie hapert, dan leidt het tot psychische problemen (schizofrenie, depressie, dementie)
geef onderdelen van een neuron + tekenen
- cellichaam (brengt boodschap naar axon)
- axonen (transporteert de informatie van cellichaam naar de volgende dendriet)
- dendrieten (ontvangt informatie van andere neuronen, brengt boodschap naar cellichaam)
AFBEELDING P.67
wat zorgt voor neuroplasticiteit
de dendrieten en axonen (=uitlopers) zijn altijd gescheiden. Dat biedt dat naburige hersencellen van het geraakte gebied, functies kunnen overnemen
leg uit: neurotransmitters
- een signaalstof dat het brein zelf aanmaakt (bv. adrenaline)
- eigenschap: overdacht naar de volgende zenuwcel (signalen doorgeven)
- wordt ook afgegeven aan het bloed -> hormoon
- hormoon adrenaline: bloeddruk, hartslag omhoog
- neurotransmitter adrenaline: mentale concentratie, alertheid
leg uit: de werking van neurotransmitters + tekenen
de neurotransmitter draagt informatie naar een andere neuron via de synaps (= contactpunt waarbij de zendende en de ontvangende zenuwcel elkaar net niet raken. Tussen de dewe celwanden zit een ruimte, genaamd de synaptische spleet. In deze spleet wordt de booschap van de ene naar de andere hersencel uitgezonden.
Soorten signalen van de neurotransmitters
2 soorten signalen:
- stimuleren (cel aanzetten)
- noradrenaline en serotonine (invloed op humeur)
- antidepressiva zorgt dat serotonine langer actief blijft in de synapsspleet
- inhiberen (activiteit van cel afremmen)
- verminderen angst, zorgt ervoor dat je kan onthouden
leg uit; twee soorten zenuwstelsels + aanduiden
- centraal zenuwstelsel
- de hersenen + ruggenmerg
- stuurt informatie van de huid,
de spieren en gewrichten naar
de hersenen - ruggenmerg zorgt voor snele
onbewuste reacties bv hand
wegtrekken bij hete
kookplaat
- Perifeer zenuwstelsel
- sensorische en motorische
zenuwen die de spieren en
organen verbinden met het
centraal zenuwstelsel
2 onderdelen
1: somatische zenuwstelsel
= verantwoordelijk voor interacties met het lichaam en buitenwereld (bv. veters knopen)
2; autonome zenuwstelsel
= zelfstandig zonder vrije wil
= controleert lichamelijke reacties (hartslag, bloeddruk, glucosereserve)
= bv je hoeft niet na te denken over hoe vlot je ademhaalt
leg uit: drie hersengebieden
neurowetenschapper Paul MacLean
- reptielenbrein
- zoogdierenbrein
- primatenbrein
- de drie ‘breinen’ zijn aan elkaar verbonden. Hoe primitiever het gedrag, hoe meer de laagste hersengebieden actief zijn.
- bij rationeel gedrag; hoogste hersengebieden actief