3.5 Flashcards
1
Q
Kerncentrale
A
Kernenergie omzetten naar elektrische energie
2
Q
Waterkrachtcentrale
A
Zwaarte energie uit bijv. een waterval
3
Q
Soorten energie
A
Zwaarte energie Bewegingsenergie Stralings energie Kern energie Chemische energie
4
Q
Elektrisch vermogen
A
De elektrische energie die een apparaat per seconde omzet (eenheid=W)
5
Q
Elektrisch vermogen berekenen
A
P= E/t (energie in J=E, t = tijd per seconde)
6
Q
KWh formule
A
E(in kWh) = P(in kW) x t(in uur)
7
Q
Elektrisch energie per seconde
A
P= Ux I