3.4 Flashcards
1
Q
(R) Weerstand berekenen
A
R = U/I ( U= spanning, I= stroomsterkte)
2
Q
Recht evenredig
A
Als de spanning tweemaal zo groot wordt, zal de stroomsterkte ook verdubbelen.
3
Q
Wet van Ohm formule
A
U= I x R
4
Q
Weerstand als geleidbaarheid
A
G= I/R = G=I/U
5
Q
Weerstand
A
Gebruikt om stroomsterkte of spanning in een schakeling op een gewenste waarde te krijgen
6
Q
Ohmse weerstand
A
Weerstand blijft constant