3.13 AC THEORIE Flashcards

1
Q

Eén periode van een sinusvormig wisselspanningssignaal komt overeen met:
.
.

a. 360°

b. 180°

C. 90°

A

360°

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Een periode van een sinusvormig wisselspanningssignaal bestaat uit:
.
.

a. Enkel een positief alternantie.

b. Enkel een negatief alternantie

c. Een positieve alternantie en een negatieve alternantie.

A

c. Een positieve alternantie en een negatieve alternantie.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Twee Hertz komt overeen met:
.
.

a. Eén periode per seconde.

b. Twee perioden per seconde.

c. Vier perioden per seconde.

A

b. Twee perioden per seconde.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Bij een driefasespanning:
.
.

a. Worden drie wisselspanningen gelijktijdig opgewekte die ten opzichte van elkaar 90° in fase verschoven zijn.

b. Worden drie wisselspanningen gelijktijdig opgewekte die ten opzichte van elkaar 180° in fase verschoven zijn

c. Worden drie wisselspanningen gelijktijdig opgewekte die ten opzichte van 1 elkaar 120° in fase verschoven zijn.

A

c. Worden drie wisselspanningen gelijktijdig opgewekte die ten opzichte van 1 elkaar 120° in fase verschoven zijn.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Een AC voltmeter meet de:
.
.

a. Effectieve waarde van een wisselspanning.

b. Gemiddelde waarde van een wisselspanning.

c. De peak-to-peak waarde van een wisselspanning.

A

a. Effectieve waarde van een wisselspanning.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

50hz komt overeen met:
.
.

a. 50 perioden per minuut.

b. 50 perioden per seconde.

c. 50 perioden per uur.

A

b. 50 perioden per seconde.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

De peak to Peak spanning van een wisselspanning, komt overeen met:
.
.

a. Positieve amplitude+ 1 Periode.

b. Positieve amplitude + Negatieve amplitude.

c. Negatieve amplitude x √2.

A

b. Positieve amplitude+ Negatieve amplitude.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

De effectieve waarde van een wisselspanning komt overeen met
.
.

a. (Up-p ) x √2

b. Up.p x √2

c. (Up-p/2 ) : √2

A

c. (Up-p/2 ) : √2

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q
  1. De RMS-waarde (Root mean square) van een sinussignaal komt overeen met:
    .
    .

a. De gemiddelde waarde van het sinussignaal.

b. De effectieve waarde van het sinussignaal.

c. De amplitude waarde van het sinussignaal.

A

b. De effectieve waarde van het sinussignaal.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly