3.1 Flashcards

1
Q

Kostprijs per product

A

Alle kosten die je hebt voor het maken van één product

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Maatschappelijk verantwoord ondernemen (mvo)

A

Bedrijven houden zo veel mogelijk rekening met de gevolgen van hun productie voor mens en milieu

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Investeren

A

Bedrijven besteden geld aan productiemiddelen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Vaste kosten

A

Kosten die niet meteen veranderen als je mee of minder gaat produceren (bijv. huur)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Variabele kosten

A

Kosten die veranderen als je meer of minder gaat produceren

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Productiefactoren

A

Alle middelen die je nodig hebt om te kunnen produceren: natuur, arbeid, kapitaal en ondernemerschap

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Toegevoegde waarde

A

De extra waarde die ontstaat doordat een bedrijf een product bewerkt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Afschrijving

A

De jaarlijkse waardevermindering van kapitaalgoederen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly