3) Verlichting in de politiek Flashcards
Voor verlichting:
Droit divin -> koning baseerde macht op het recht dat hij van God gekregen had en hoefde dus geen verantwoording af te leggen -> niet rationeel.
Verlichte vorsten:
(verlicht absolutisme), want de koning is verstandig en regeert in belang van het volk. Beter dan chaos en wanorde.
Waarom hebben de burgers geen macht? Wat was de oplossing?
Veel mensen uit het volk niet bepaald verstandig en rationeel dachten, want veel mensen hebben geen onderwijs gehad, oplossing = verlicht absolute vorst.
Meerdere staatsmachten:
Locke en Montesquieu -> voorstanders scheiding der machten, want die konden elkaar controleren en in evenwicht houden. Zo werd de vrijheid van burgers het best beschermd.
- Uitvoerende macht
- Wetgevende macht
- Rechterlijke macht
Contracttheorie en volkssoevereiniteit:
(Locke en Rousseau).
- Het sociaal contract: volk levert deel van vrijheid in aan de staat -> veilgheid van natuurrechten.
-> Volkssoevereiniteit = alle macht is uiteindelijk van het volk, want volk kon in opstand komen als de macht zich niet aan het contract hield.
Rousseau werkt de contracttheorie en volkssoevereiniteit verder uit:
Volk heeft algemeen belang: algemene wil -> datgene waar het volk het over eens was.
Tegenstanders waren tegenstanders van het volk en moet het zwijgen worden opgelegd.
Tegenstanders: “dictatuur van de massa”.
Politieke cultuur veranderde:
Kennis werd verspreid via boeken en tijdschriften er werd over gediscussieerd in cafés en salons -> ontstaan politieke pers en publieke opinie.
Censuur: het onderdrukken beperken van informatie of communicatie die als ongewenst wordt beschouwd door autoriteiten of andere controle-instanties), maar via geheime kanalen werden die alsnog verspreid.
Democratische revoluties
Verspreiding politieke ideeën -> ontevredenheid onder bevolking -> democratische revoluties.
Doel: de verlichte denkbeelden in praktijk te brengen.