2e semester Flashcards
a posteriori
Achteraf beschouwd. Wat na de ervaring blijkt te zijn.
a priori
Voorafgaand aan de ervaring of onafhankelijk van de ervaring.
Atheïsme
Filosofisch standpunt dat het bestaan van God ontkent.
Axioma
Een niet bewezen maar als grondslag aanvaarde stelling en dus onbetwijfelbaar.
Bijvoorbeeld: door twee punten kan altijd een rechte lijn gemaakt worden.
Empirisme
Filosofische stroming die stelt dat alle kennis uit (zintuiglijke) ervaring stamt.
Experimentele psychologie
Terrein binnen de psychologie dat zich richt op de basisfuncties van de hersenen die in alle gedrag een rol spelen.
Rationalisme
Filosofische stroming die de rede, de ratio, het verstand beschouwt als de enige bron van ware kennis.
Representeren
Iemand of iets vertegenwoordigen.
Tabula rasa
Het idee dat mensen worden geboren als onbeschreven blad, zonder (aangeboren) kennis en volledig afhankelijk zijn van waarneming en ervaring.
Theïsme
Filosofisch standpunt dat het bestaan van God vooronderstelt.
Abductie
Redeneervorm waarbij een conclusie wordt gevormd vanuit de ‘beste’ verklaring (inference to the best explanation).
Deductie
Redeneervorm waarbij specifieke gevallen afgeleid worden van een (algemeen geldende) hypothese of uitspraak.
Empirische cyclus
Stappenplan voor een onderzoek om kennis op te doen uit ervaring. De cyclus bevat zowel een inductieve fase, waarbij theorie tot stand komt, als een deductieve fase, waarbij de theorie empirisch getoetst wordt.
Falsificatie
Proces waarbij geprobeerd wordt om een hypothese of wetenschappelijke theorie door bv. een experiment of een observatie te weerleggen.
Hypothese
Stelling die (nog) niet bewezen is, en die dient als uitgangspunt voor een experiment of voor een gerichte waarneming.
Inductie
Redeneervorm waarbij vanuit een aantal bijzondere gevallen wordt vertrokken om tot een algemene conclusie of stelling te komen.
Verificatie
Proces waarbij nagekeken wordt of de juistheid of echtheid van iets bevestigd kan worden.
Apatheia
- Komt van het Oudgriekse a, wat ‘zonder’ betekent, en pathos, wat ‘passie’ of ‘emoties’ betekent.
=> Letterlijk: zonder passies, zonder emoties. - Staat van kalmte, geleid door de ratio of het verstand en het afleren van emotioneel of passioneel reageren.
Ataraxia
- Gemoedsrust; menselijke staat waarin zowel geestelijke onrust als lichamelijk ongemak afwezig is.
- Onverstoorbare staat die zich kenmerkt door vrijheid van zorgen en onverstoorbaarheid.
Deugd
- Positieve karaktereigenschap.
- Iets wat goed is in moreel opzicht.
- Volgens Aristoteles: gulden middenweg tussen het extreem van overmaat en het extreem van tekort.
Deugdzaamheid
- Over goede morele karaktereigenschappen beschikken.
- In staat zijn te weten in elke situatie de juiste handeling te doen, op de juiste moment, op de juiste manier, in de juiste hoeveelheid, voor de juiste mensen.
Epicurisme
- Stroming in de klassieke filosofie, gebaseerd op de leer van Epicurus over geluk.
- Streven naar geluk: afwezigheid van psychische onrust (en lichamelijk ongemak).