2 - Regulatie genexpressie Flashcards
Waar vindt transcriptie plaats?
In de celkern
Waar vindt translatie plaats?
In het cytoplasma
Welke soorten DNA-polymerase activeren welke soorten RNA?
- RNA-polymerase I: meeste rRNA genen
- RNA-polymerase II: eiwit-coderende genen (mRNA)
- RNA-polymerase III: tRNA en sommige rRNA genen
Waardoor wordt de regulatie van de transcriptie geregeld?
Door de promotor
Wat regelt de promotor?
Waar de RNA-polymerase aan het gen bindt en welke kant de transcriptie op moet.
Waardoor worden algemene transcriptiefactoren gekenmerkt?
1) Promotor herkenning
2) Rekrutering van het RNA-polymerase II
3) Betrokken bij transcriptie alle eiwit-coderende genen
Waardoor worden specifieke transcriptiefactoren gekenmerkt?
1) Herkenning enhancer sequences
2) Activering van RNA-polymerase II
3) Alleen die genen met specifieke enhancers
Hoe activeren specifieke transcriptiefactoren de transcriptie?
Door een gen regulatoreiwit te binden aan een enhancer en door DNA-looping de RNA-polymerase een duwtje te geven.
Welke 4 bindingsdomeinen heeft een genregulator eiwit?
- DNA bindingsdomein
- RNA polymerase II activeringsdomein
- Dimerisatie-domein
- Ligand bindingsdomein