2 - Cytoskelet, cel-cel verbindingen en extracellulaire matrix Flashcards

1
Q

Wat zijn 3 vormen van het cytoskelet?

A
  1. Actine
  2. Intermediar filamenten
  3. Microtubuli
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat is de functie van tight-junctions?

A

Deze zorgen ervoor dat er geen vloeistof tussen de cellen kan.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat is de functie van adherence junctions?

A

Deze zorgen ervoor dat de cellen bij elkaar blijven, maar er wel een bepaalde mate aan uitwisseling is.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Uit welke 3 dingen bestaat de extracellulaire matrix?

A
  • Collageen
  • Proteoglycanen
  • Elastische vezels
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat is de functie van een filopodium?

A

Een uitsteeksel van de cel waarmee hij de omgeving aftast.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat is een adherence junction?

A

Een verbinding die aan de cytoplasmatische kant vast zit aan het actine skelet.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat is de functie van gap junctions ten opzichte van adherence junctions?

A

Gap junctions reguleren de passage van de ionen en adherence junctions zijn een cel-cel verbinding.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Wat is de functie van integrines?

A

Deze kunnen met intermediair filamenten of actine verbonden zijn. Ze kunnen cellen aan de ECM verbinden door aan collageen in het ECM te binden.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat is het verschil tussen hemidesmosomen en desmosomen?

A

Hemidesmosomen bestaan niet uit cadherines, maar integrines. Daarnaast zorgen hemidesmosomen voor verbinding tussen cel-matrix en desmosomen tussen cel-cel.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Hoe kunnen hemidesmosomen actine en het ECM loslaten?

A

Door fosforylering van integrines.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Waaruit bestaat de extracellulaire matrix?

A
  1. Collageen
  2. Proteoglycanen
  3. Elastische vezels/fibrillen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Hoe zijn de elastische vezels/fibrillen aan elkaar verbonden?

A

Via zwavelbruggen tussen cysteïnes.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly