2. Geschiedenis Flashcards
pioniers, Donders
vader mentale chronometrie: hoeveel tijd nemen mentale processen in beslag, bestuderen adhv reactietijdtaken
belangrijk idee
mentale processen kunnen niet rechtstreeks waargenomen worden, maar dienen afgeleid te worden uit gedrag
taken Donders
a - reactie:
- S1=R1
- 1 stimulus lokt 1 reactie uit
- = enkelvoudige RTtaak
b - reactie:
- S1=R1 en S2=R2
- a - reactie + stimulusdiscriminatie/identificatie en responsselectie
- keuze RTtaak
c - reactie:
- S1=R1 en S2=geen R
- a - reactie + stimulusdiscriminatie/identificatie
- Go-no go taak
pioniers, Ebbinghaus
eerste geheugenexperimenten
hoeveel vergeten we en hoe snel gaat dit
gaat info die we ons niet kunnen herinneren voorgoed verloren?
Ebbinghaus, besparingsmethode
lijsten zinloze lettergrepen aanleren en herleren
formule besparing:
(beurten leren - beurten herleren) / beurten leren
hoe meer tijd erover, hoe minder besparing
veel vergeten in het begin, daarna afvlakking
Behaviorisme
Watson:
- geen vage concepten (bewustzijn, mentale processen)
- objectieve gegevensverzameling om wetmatigheden in S-R relaties te definiëren
- dierlijk en menselijk gedrag: dezelfde wetmatigheden
kritiek behaviorisme
SKinner:
- taal = aangeleerd gedrag volgens basisprincipes: kinderen imiteren spraak en herhalen correcte spraak dankzij bekrachtiging
- > Chomsky: behaviorisme kan zelfs eenvoudigste aspecten taal niet verklaren
- incorrecte zinnen van peuters
- zinnen die ze nooit eerder gehoord hebben
- > taal = voorgeprogrammeerd biologisch programma gedeeld over alle culturen
latent leren, Tolman en Honzik
leren dat niet onmiddellijk waarneembaar is in het gedrag (ratten in het doolhof)
verklaring in termen van cognitieve map / motivatie
cognitieve revolutie
WOII stimuleert ontwikkeling cognitieve psychologie
interesse studie aandacht en vermoeidheid: hoe ervoor zorgen dat radaroperatoren geen targets missen?
technologische vooruitgang -> ontwikkeling computer
eerder evolutie dan revolutie
idee was wel revolutionair
men ging terug mentale processen bestuderen
computermodel
= computer-brein analogie
twee betekenissen:
- informatieverwerkingsbenadering
- cognitieve modellering
informatieverwerkingsbenadering
computermodel = metafoor voor menselijke informatieverwerking
input, output, geheugen, seriële processen, bottom-up
informatie S wordt verwerkt in verschillende, opeenvolgende stadia en leidt tot respons
cognitieve modellering
computermodel kan menselijke cognitie simuleren
doel: cognitie verklaren en voorspellingen doen
artificiële intelligentie
cognitieve modellering is niet hetzelfde als A.I.
- intelligent denkende programma’s of robots ontwikkelen
- maar niet noodzakelijk op manier dat mens denkt
nieuwere benaderingen
connectionisme, neurale netwerkmodellen:
- bouwen verder op idee cognitieve modellering
- inspiratie: communicatie hersencellen
dé theorie van cognitie?
veelheid kleine theorieën die bepaald aspect cognitie verklaren
maar nog géén allesomvattende theorie
oude discussiepunten nog actueel