16.1 Flashcards

1
Q

ABC-formule

A

D = b² - 4ac
x = (-b +/- √D)/ 2a

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

ax² + bx +c = 0 ontbinden

A

c (zonder x) vermenigvuldigen
b (met x) optellen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Stappenplan bij wortels in een vergelijking die je wilt oplossen.

A

a) isoleren
=> Dus de wortel aan 1 kant
b) kwadrateren
c) controleren
=> Met de vergelijking van voor het kwadrateren

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Stappenplan bij breuken in een vergelijking die je wilt oplossen.

A

a) breuk = breuk
b) kruislings vermenigvuldigen
c) controleren
=> Dat de noemer ≠ 0
=> Met de vergelijking van voor het kruislings vermenigvuldigen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat moet je doen bij modules?

A

Opsplitsen:
|A| = B
A = B v A = -B

bij kwadrateren verdwijnt de modules:
|x - 2| = √x
(x -2)² = x

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

(aⁿ)^p

A

=a^p*ⁿ

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

ⁿ√a^p

A

a^p/ⁿ

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Domein

A

(horizontaal)
=> alle waarden van x die meedoen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Bereik

A

(verticaal)
=> welke waarden van y komen voor?

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

bereken het domein bij
f(x) = √(x - 2) +3

A

Onder wortel moet positief zijn:
x- 2 ≥ 0
x ≥ 2
=> is domein: Notatie: [2, →>

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

bereken het bereik bij
f(x) = √(x - 2) +3

A

Wortel moet positief zijn:
√.. ≥ 0
=> dus minimaal is 0 geeft bereik y ≥ 3
Notatie: [3, →>

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

stappenplan bij ongelijkheden

A

a) gelijk stellen en oplossen
b) plotten met GR en schetsen
c) Domein checken
=> alleen nodig bij wortel, breuk of logaritme

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

[2, 18>
welke doet mee en welke niet?

A

2 wel, 18 niet

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly