Ziektebeeld hersenen - Duizeligheid Flashcards
1
Q
Welke 3 soorten duizeligheden zijn er?
A
- De patiënt heeft het gevoel zelf te draaien
- De patiënt ziet alles om zich heen draaien
- De patiënt vertrouwt zijn eigen benen niet
2
Q
Kenmerken voor wanneer de patiënt het gevoel heeft zelf te draaien?
A
- Staat wiebelig op zijn benen
- Vaak ook beschreven als licht in het hoofd
- Gevoel op watten te lopen/ flauw te vallen
3
Q
Kenmerken voor wanneer de patiënt alles om zich heen ziet draaien?
A
- Draaiduizeligheid
—> meestal een probleem vanuit het evenwichtsorgaan of de evenwichtszenuw. Het kan ook een beroerte zijn in de kleine hersenen.
4
Q
Wat gebeurt er als iemand zijn eigen benen niet vertrouwt?
A
Balansstoornissen waar iemand zich instabiel voelt –> vanuit de hersenen of vanuit de benen of wanneer je je voeten niet goed kan voelen (polyneuropathie)