zenuwstelsel Flashcards
hersenen
cerebrum
ruggenmerg
medulla spinalis
zenuwknoop
ganglia
viscerale zintuigen
inwendig /geen controle
somatische zintuigen
registreren buitenwereld en onze postitie daarin
aantal spinale zenuwen
31
aantal hersenzenuwen
12
effectoren
skeletspier (somatisch) en gladde spier+hart+klieren+vetweefsel = autonoom
steunweefsel z.s.
neurogliacellen (voeden.beschermen, isoleren)
corpus bestaat uit
nucleus, celorganellen met mitochondrien en rer => grijze stof
dendrieten zijn
voor signaal ontvangst = afferent
axon
signaal voortgeleiding = efferent -> myeline of niet = witte stof
a.p. in sprongen
saltatorisch
motorische neuronen
czs -> organen = effectoren
typen neuronen
sensibele,motorische,schakel neuronen
het zs zorgt voor
snelle homeostatische regulering
neuroglia in czs
oligodendrocyten (myelinisatie)
neuroglia in pzs
schwanncellen
ziekte ms
myeline isolatie rond axon verdwijnd = motorische en sensorische problemen
neuronfunctie
membraanpotentiaal/geleiding van a.p.
depolarisatie
INstroom van Na+ en K+ kanalen zijn dicht
repolarisatie
UITstroom K+ (na+ kanalen zijn dicht)
refractie periode
cel is niet prikkelbaar
prikkels worden doorgegeven door
neurotransmitters