Woordenschat 2 Flashcards
1
Q
Tot en met (18 september)
A
Tot dan, 18 september hoort erbij🗓
2
Q
Behalen
A
Krijgen door moeite te doen😅
3
Q
De voorloper🚶🏽
A
Iets wat er eerder was en later veranderd is.
4
Q
Het programma
A
De lijst met dingen die gaan gebeuren📜
6
Q
Plaatsvinden
A
Gebeuren
7
Q
De atleet
A
Iemand die aan sport doet🏋🏽🏆
9
Q
Afhangen van
A
Te maken hebben met
10
Q
De nadruk
A
De extra aandacht
15
Q
Gehandicapt
A
Je kunt iets niet wat andere mensen wel kunnen, je kunt bijvoorbeeld niet goed zien.👀