Woordenschat 2 Flashcards

1
Q

Tot en met (18 september)

A

Tot dan, 18 september hoort erbij🗓

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Behalen

A

Krijgen door moeite te doen😅

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

De voorloper🚶🏽

A

Iets wat er eerder was en later veranderd is.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Het programma

A

De lijst met dingen die gaan gebeuren📜

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Plaatsvinden

A

Gebeuren

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

De atleet

A

Iemand die aan sport doet🏋🏽🏆

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Afhangen van

A

Te maken hebben met

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

De nadruk

A

De extra aandacht

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Gehandicapt

A

Je kunt iets niet wat andere mensen wel kunnen, je kunt bijvoorbeeld niet goed zien.👀

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly