Woordenlijst hoofdstuk 3 - schaap Flashcards
1
Q
Drachtduur
A
5 maanden
2
Q
Paaslammeren
A
Januari - februari
30-40 kg
Hampshire en Suffolk
3
Q
Weidelammeren
A
Vanaf eind februari
45-50 kg
Texel
4
Q
Lanoline
A
Zorgt voor wolvlies
> enkel bij gedomesticeerde dieren
5
Q
Geslachten
A
Ram, hamel, ooi
6
Q
Wisselen van I1
A
15 maanden
7
Q
Wisselen van I2
A
21 maanden
8
Q
Wisselen van I3
A
30 maanden
9
Q
Wisselen van I4
A
3,5 jaar
10
Q
Callipygegen
A
Veroorzaakt dikbil bij schaap
11
Q
Woltype A
A
Zeer sterke plooienvorming op hals en romp
12
Q
Woltype B
A
Enkel plooien op hals
13
Q
Woltype C
A
Delainetype
Geen huidplooien
14
Q
Wam
A
Bovenste huidplooi in de hals
15
Q
Cravat
A
Middelste huidplooi in de hals