Woordenboek Lean Six Sigma Flashcards
Waar staan de letters van 5S voor?
Sorteren / Scheiden Schikken Schoonmaken Standaardiseren Systematiseren
A3
Een A3 is een formulier bedacht door Toyota waarin de voortgang van het project wordt vastgelegd en te volgen is. De naam A3 komt van het formaat van het papier waarop de A3 is vastgelegd. Een A3 lijkt erg op een project charter. Het verschil zit hem erin dat het een soort roadmap is die wordt gevolgd en bijgewerkt gedurende het project. Zo bevat de A3 een vak met namen als analyse, toekomstige situatie en implementatieplan dat in de loop van het project worden gevuld.
Affiniteitsdiagram
Het affiniteitsdiagram is een brainstormtool om ideeën en gegevens te generen en vervolgens te clusteren en te beoordelen. Hiermee kan een concreet actieplan worden opgesteld om een probleem op te lossen.
Alternatieve Hypothese
Bij hypothesetoetsing worden 2 hypotheses of veronderstellingen geformuleerd: de nulhypothese en de alternatieve hypothese. De kans dat de nulhypothese klopt wordt getoetst. Als de kans hierop heel klein is geworden wordt de nulhypothese verworpen en de alternatieve hypothese aangenomen. De nulhypothese wordt geformuleerd als: ‘er is geen verschil tussen….’ (b.v. groep 1 is gelijk aan groep 2). De alternatieve hypothese wordt geformuleerd als: “er is een verschil tussen…” (b.v. groep 1 is niet gelijk aan groep 2, dus we hebben een statistisch verschil gevonden).
Andon
Japans voor lamp of signaal. Het maakt visueel dat er een probleem in een processtap is dat moet worden opgelost voordat kan worden verdergegaag. Door het Andon systeem wordt continu verbeterd op de werkvloer: problemen worden direct opgelost en gaan niet verder het proces door.
ANOVA
Zie ook ‘One way ANOVA‘
Statistische hypothesetoets die test of de gemiddelde waardes van 3 of meer populaties gelijk zijn. De nul-hypothese stelt dat alle gemiddeldes gelijk zijn; de alternatieve hypothese stelt dat tenminste 1 gemiddelde afwijkt. ANOVA staat voor Analysis of Variance.
Anti-oplossing brainstorm
Een brainstormtechniek waarbij men manieren verzint om de situatie erger te maken in plaats van beter. Om het probleem op te lossen zal men dan het tegenovergestelde kunnen doen van wat werd verzonnen.
Bereik
Het verschil tussen de hoogste en de laagste waarde in een set gegevens
BlackBelt
Een persoon met een uitgebreide training en ervaring, die de Six Sigma DMAIC methode toepast om procesproblemen op te lossen. Meestal fulltime bezig met Six Sigma.
Bottleneck
Een bottleneck of knelpunt is een proces dan wel processtap die voor het hele proces de beperkende factor vormt.
Boxplot
Een boxplot is een manier om een grafische voorstelling te maken van groepen numerieke gegevens. Vaak worden hierbij het steekproefminimum, laagste kwartiel (Q1), mediaan (Q2), bovenste kwartiel (Q3) en het steekproefmaximum weergegeven.
Brainwriting 6-3-5
Brainwriting (ook bekend als de 6-3-5 methode, of Methode 635) is een creatieve groepstechniek die gebruikt wordt in marketing, reclame, design en productontwikkeling. Het doel is om in korte tijd veel ideeën te genereren.
Brainstormen
Brainstormen is een creativiteitstechniek met als doel het snel, veel nieuwe ideeën over een bepaald onderwerp of vraagstuk te genereren. Het kenmerk van een brainstormsessie is dat een waardeoordeel over de geopperde ideeën wordt uitgesteld, totdat alle ideeën zijn opgesomd.
Businesscase
Een businesscase is een term uit projectmanagement waarin de zakelijke afweging om een project of taak te beginnen beschreven wordt. In de businesscase worden de kosten afgewogen tegen de baten. Vaak wordt aan de hand van de businesscase besloten om wel of niet te starten en/of verder te gaan met een project.
Business Value Adding (BVA)
Activiteiten die geen directe waarde toevoegen vanuit het perspectief van de klant, maar wel om andere redenen nodig zijn (wetgeving, juridische achtergrond, accounting).
Champion
Een Champion van een Six Sigma project is een senior manager die helpt het probleem te verhelpen door als roadblock buster op te treden. De Champion zorgt dat voldoende prioriteit wordt gegeven aan de Six Sigma projecten.
Chi Square test, chi-kwadraat test
Een chi-kwadraat test is een statistische hypothesetest voor discrete data. De test vergelijkt proporties in twee of meer populaties.
Common cause variation
De variatie binnen het proces die inherent onderdeel uitmaakt van het proces. Ook wel genoemd random variatie. Anders dan special cause variatie, waarbij een uitzonderlijke gebeurtenis de variatie in het proces veroorzaakt.
Confidence interval
Nederlands: betrouwbaarheidsinterval. Het confidence interval wordt berekend op basis van een steekproef en is een bereik waar de werkelijke waarde met een bepaalde waarschijnlijkheid (meestal 95%) binnen valt.
Constraint
Een bottleneck of beperkende factor binnen een proces die ervoor zorgt dat het proces niet sneller kan.
Continue data
Continue data is een set gegevens die allerlei tussenliggende waardes kan aannemen, bijvoorbeeld tijd, temperatuur, afstand. Vaak kan je hier een punt tussen zetten: rapportcijfers zijn continue waardes, je haalt een 6,8 of een 9,2. De tegenhanger hiervan is discrete data.
Control Chart
Een grafische tool om veranderingen in een proces te monitoren waarbij verschil wordt gemaakt in common cause variatie en special cause variatie. In een regelkaart (‘control chart’) worden de proces data in chronologische volgorde weergegeven en worden statistisch bepaalde upper en lower control limits en een middenlijn toegevoegd. Wanneer een datapunt buiten de controllimiet komt, is dit een signaal dat er iets bijzonders aan de hand is. Deze grafiek helpt hierdoor veranderingen in het proces te signaleren.
Control Limits
Nederlands: regelgrenzen. Control Limits (‘Regelgrenzen’) ook wel de natuurlijke grenswaardes van het proces of de “voice of the proces”. Het zijn horizontale lijnen die meestal plus en min 3 sigma van het gemiddelde afliggen. Hierdoor komen punten die buiten deze lijn liggen maar in 99,7% van de gevallen voor. Als er vaker van dit soort uitzonderingen te zien zijn is er wat raars aan de hand. Controle limieten zijn geen specificatielimieten die de eisen van de klant weergeven.
Control plan
Een Control plan is een systeem om de output en kritische X-en van een verbeterd proces te monitoren om te voorkomen dat de procesprestaties na verloop van tijd weer verslechteren. Het control plan beschrijft welke acties er door wie genomen moeten worden indien de kritische X of Y buiten bepaalde specificaties komen.
Correlatie
Er is sprake van correlatie als er een statistisch verband bestaat tussen twee of meer factoren.
Correlatiecoëfficient
Pierson’s Correlatiecoefficient (r): een maat van de lineaire relatie tussen twee continue variabelen. Ligt tussen -1 en 1.
Cp
Is een maat die iets zegt over hoe goed een proces in staat is om dat te produceren wat de klant vraagt. Cp is een maat voor de proces prestatie als het proces gecentreerd is. De specificatiebreedte gedeeld door 6 keer de korte termijn standaarddeviatie van het proces.
Cpk
Cpk is net als Cp een graadmeter voor de procesprestatie echter het verschil is dat hier rekening wordt gehouden met specificatielimieten die niet op gelijke afstand van het gemiddelde liggen.
CTQ (critical to quality)
CTQ is een meetbaar kenmerk van een proces of product dat voor een klant bepalend is voor de kwaliteit van de output van een proces.
CTQ matrix
Een matrix waarin de klachten van de klant over een bepaald proces worden gegroepeerd, om daarna de basisbehoefte van de klant te bepalen. Op basis van deze klantbehoeftes worden de CTQ’s geformuleerd.
Customer
De afnemer van een product of een dienst. Dit kan een zowel een interne of externe partij zijn. De klant is het uitgangpunt bij Lean Six Sigma.
Cyclustijd
De totale doorlooptijd vanaf het begin tot het eind van een proces zoals gedefinieerd door de klant
Data collection plan
Een schema waarin in detail wordt vastgelegd welke data worden verzameld en hoe deze moeten worden verzameld.
Defect
Een output van een proces die niet voldoet aan de vastgestelde specificaties of vereisten.
Defective
Een product of eenheid dat een of meerdere defecten bevat.
Defects per unit
Het gemiddelde aantal defecten per eenheid / per product
Deming Cycle
Ook PDCA-cyclus. Staat voor een systematische continue verbetercyclus waarbij een voorstel (plan) wordt gedaan voor een verbetering, deze wordt geïmplementeerd (do) en daarna gemeten (check). Hierna worden zonodig aanpassingen gedaan (act).
Waar staan de letters PDCA voor?
Plan Do Check Act
DFSS
DFSS (Design for Six Sigma) is een methodiek die wordt gebruikt om een nieuw proces, product of dienst te ontwerpen, of om een bestaand proces, product of dienst te herontwerpen. Dit in aanvulling op de DMAIC Six Sigma methodiek die wordt gebruikt om bestaande processen, producten of diensten te verbeteren.
Waar staan de letters DFSS voor?
Design for Six Sigma
Discrete data
Discrete gegevens bestaan uit een eindig aantal hele getallen waar tussenliggende waarden niet mogelijk zijn. Dit kunnen tellingen zijn (“Count” data) of goed-fout data (“Binary”) of verschillende schalen (“Categorisch”)
Waar staan de letters DMAIC voor?
Define: Definieer het probleem
Measure: Verzamel gegevens over het probleem
Analyze: Analyseer oorzaken van de problemen
Improve: Pak de oorzaken van het probleem aan en los het hiermee op
Control: Borg de verbeteringen en zorg dat het proces stabiel blijft
DMAIC omschrijving
Het acronym DMAIC (Define, Measure, Analyze, Improve en Control) is de Six Sigma methodiek om problemen op te lossen. Het is een systematische, gestructureerde en op feiten gebaseerde methodiek. Door middel van o.a. statistiek worden beslissingen op basis van feiten genomen i.p.v. op gevoel.
Beschrijving van het doel van de fases:
Define: Definieer het probleem
Measure: Verzamel gegevens over het probleem
Analyze: Analyseer oorzaken van de problemen
Improve: Pak de oorzaken van het probleem aan en los het hiermee op
Control: Borg de verbeteringen en zorg dat het proces stabiel blijft
Waar staan de letters DOE voor?
Design of Experiments
DOE (Design of Experiments)
Is een gestructureerde methode voor het sequentieel doen van meerdere experimenten waarbij verschillende settings van een variabele worden getest. Hierdoor wordt ontdekt wat de oorzaak van een probleem is en welke combinatie van factoren tot de beste resultaten leidt.
DPMO
DPMO staat voor Defects per Million Opportunities, dit is een metric voor de kwaliteit van een proces. Six Sigma staat letterlijk voor het bereiken van 3,4 of minder defecten per miljoen mogelijkheden te bereiken. Het gebruik van DPMO, en niet het aandeel van defecte artikelen, geeft een gemeenschappelijke standaard die kan worden gebruikt om de defect ratio van verschillende processen te kunnen vergelijken.
DPU defects per unit
DPU staat voor Defects per Unit: het aantal defects per geproduceerd item.
DPU
defects per unit
Exit rate
De output van een proces binnen een specifieke tijdsspanne.
F-Test
De F-test is een hypothese test die wordt gebruikt om de varianties van twee groepen te vergelijken die beiden normaal verdeeld zijn.
Waar staan de letters FMEA voor?
Failure Mode and Effects
Failure Mode and Effects Diagram FMEA
Failure Mode and Effects Analysis is een methodiek waarbij wordt nagegaan wat de kans is op falen en wat daarbij het optredende risico is. Hierop worden dan acties gedefinieerd om de faalkans terug te brengen. Deze methodiek kan op verschillende manieren worden gebruikt, bijvoorbeeld in een proces om te kijken waar het fout kan gaan.
First-Time-Yield
First-Time-Yield is de eerste opbrengst uit het proces zonder herstelwerk. Dit wordt berekend door de yield per processtap te berekenen en deze met elkaar te vermenigvuldigen.
Flow
Een ononderbroken, ongehinderde, liefst stuksgewijze doorstroming van het product of de service door het proces.
Flow chart
Flow charts tonen de activiteiten in een proces, en de volgorde van de activiteiten.
Full Factorial Design
Wordt gebruikt bij DOE’s. Een ontwerp voor een experiment waarbij alle combinaties van de niveaus van de factoren worden getest. Bij n factoren met 2 niveaus zijn er 2^n combinaties.
Gantt chart / Gantt-diagram
Een Gantt Chart geeft de structuur en tijdsplanning van een project weer. Het wordt gebruikt als planning en monitoring tool van een project. De Gantt Chart geeft inzicht in: tijd op de horizontale as, tijdseenheden benodigd voor de uitvoering van de projectonderdelen; verbinding tussen de projectonderdelen om de afhankelijkheden weer te geven en mijlpalen. Verder kunnen in een Gantt Chart de verantwoordelijke en betrokken personen staan.
Gage R&R
Een Gage R&R is een methode om de nauwkeurigheid van een meetinstrument te bepalen. Gemeten wordt hoeveel variatie wordt veroorzaakt door het meetsysteem. Meetsysteem fouten kunnen worden gescheiden in ‘herhaalbaarheid’ en ‘reproduceerbaarheid’. (zie Repeatability and Reproducibility)
GEMBA
Gemba is een Japans woord voor ‘echte plaats’, daar waar de echte actie plaatsvindt. In een bedrijf is de gemba de plaats waar de activiteiten worden uitgevoerd die voor de klant waarde toevoegen aan het product, de werkvloer. Go to Gemba betekent dat men naar de werkvloer toegaat om het proces te observeren en zo te verbeteren.
Gemiddelde
De som van een aantal getallen gedeeld door het aantal getallen. Het is een graadmeter voor locatie.
Generic pull system
Bij een Pull productie wordt pas begonnen met produceren als de klant bestelt. Zo worden alle activiteiten binnen een organisatie gestuurd door de behoeften en wensen van de klant en wordt niet meer gemaakt dan er nodig is. De klant bepaalt wanneer er hoeveel producten (of diensten) geleverd moeten worden en volgens welke specificaties. Pull werkt pas als er een snel proces is met ‘flow’.
Green Belt
Een Green Belt heeft zo’n 5-10 dagen training gehad in Lean Six Sigma. Een Green Belt is opgeleid om zelfstandig projecten te doen maar doet dit vaak naast een andere functie.
Histogram
Een histogram of kolommendiagram is de grafische weergave van de frequentieverdeling van in klassen gegroepeerde data. Dit diagram toont kolommen met oppervlakte ter grootte van de (relatieve) frequenties opgericht boven de klassen.
Hoe wordt een Histogram ook wel genoemd?
kolommendiagram
Hypothese test
Bij hypothesetoetsing worden 2 hypotheses of veronderstellingen geformuleerd: de nulhypothese en de alternatieve hypothese. De kans dat de nulhypothese klopt wordt getoetst. Als de kans hierop heel klein is geworden wordt de nulhypothese verworpen en de alternatieve hypothese aangenomen. De nulhypothese wordt geformuleerd als: ‘er is geen verschil tussen….’ (b.v. groep 1 is gelijk aan groep 2). De alternatieve hypothese wordt geformuleerd als: “er is een verschil tussen…” (b.v. groep 1 is niet gelijk aan groep 2, dus we hebben een statistisch verschil gevonden).
Impact-Ease Matrix
Een affinity diagram waarbij wordt gescoord op Ease en Impact: IMPACT: het effect op de organisatie (in geld, menskracht, tijd etc) van het nastreven van elke optie en EASE: Gemak waarmee elke optie zou kunnen worden bereikt in termen van een investering in tijd, geld of moeite.
Ishikawa diagram
Ook bekend als cause and effect diagram of Visgraatanalyse. Dit is een tool om te brainstormen over alle (mogelijke) oorzaken van een probleem of gebeurtenis. Dit gebeurt door oorzaken te clusteren in categorieën. De meest gebruikte categorieën zijn 6M: Materiaal, Metingen, Mensen, Moeder Natuur, Methodes, Machines
Japanse naam voor visgraat analyse .
Ishikawa diagram
Engelse naam voor visgraat analyse
cause and effect diagram
Nederlandse naam voor cause and effect diagram
Visgraat analyse
6M catagorie Ishikawa
Materiaal, Metingen, Mensen, Moeder Natuur, Methodes, Machines
Jidoka
Jidoka is een Lean principe dat staat voor het automatisch inbouwen van kwaliteit in het proces. Het achterliggende idee is dat een product pas naar de volgende processtap mag gaan wanneer het defectvrij is. Als er een defect/fout voorkomt wordt het proces stilgelegd tot een oplossing is gevonden. Door het proces stil te leggen kan de oorzaak snel worden gevonden en opgelost. Jidoka gaat vaak samen met Andon; het signaal dat wordt gegeven als het proces wordt gestopt.
Just in Time
JIT = Just in Time = Precies op tijd. Bij Just in Time worden alle processen zo ingericht dat het eindproduct of het deelproduct precies geleverd wordt wanneer het benodigd is. Dit bespaart veel onnodige voorraad en voorkomt wachttijden.
JIT
Just in time
Kaizen
Kaizen is afgeleid van twee Japanse woorden Kai en Zen, Kai betekent verandering en Zen betekent goed. Vrij vertaald betekent het: continu kleine verbeteringen aanbrengen, zodat een steeds hogere standaard wordt bereikt.
Kanban
Kanban is afgeleid van twee Japanese woorden Kan en Ban. Kan betekent visueel en Ban betekent bord of kaart. Een kanban triggert het vervoeren, produceren of bevoorraden van een entiteit (product, groep van dezelfde producten, een container, etc.). Een Productiekanban wordt bijv. gebruikt als signaal naar de productie dat er gestart kan worden met een productiestap. Kanban is een belangrijke tool om een ‘Pull’ systeem te introduceren en voor Just in Time (JIT) manufacturing.
Kano model
Instrument dat kan worden gebruikt om de ‘Critical to Quality’ kenmerken van een product te achterhalen. Er zijn drie categorien waarop een product kenmerk wordt beoordeeld door de klant.
Must be: Deze produktkarakteristieken moet het product hebben, anders gaat de klant weg.
More is better: Hoe beter we deze behoeftes invullen, hoe tevredener de klant is.
Delighter: die kwaliteiten die de klant had niet verwacht, maar kreeg als bonus.
Key Performance Indicator
Een Key Performance Indicator, of KPI, is een variabele om de prestatie van een proces of bedrijf te analyseren. Het geeft inzage in de prestatie van een proces ten opzichte van de planning en de doelstelling op langere termijn. Dit is essentieel om de prestatie van een proces te begrijpen en de factoren die deze beïnvloeden te kennen. Het schept informatie waarmee gestuurd kan worden.
KPI
Key Performance Indicator
Klant
De afnemer van een product of een dienst. Dit kan een zowel een interne of externe partij zijn. De klant is het uitgangpunt bij Lean Six Sigma.
Knelpunt
Een knelpunt (Engels: bottleneck) is een proces dan wel processtap die voor het hele proces de beperkende factor is.
Korte termijn sigma
De korte termijn sigma van een proces geeft aan hoe het proces presteert ten opzichte van de klantwens op korte termijn, door hier bijvoorbeeld een steekproef uit te nemen. Dit is over het algemeen beter dan op lange termijn. In de regel is de lange termijn sigma 1,5 sigma kleiner dan de korte termijn sigma.
Kritische X
Een output van een proces (y) wordt bepaald door een aantal factoren (x-en) die samen die output maken. In Six Sigma termen wordt het op te lossen probleem omschreven als de y en wordt gezocht naar oorzaken van dit probleem in termen van x-en. Het is de bedoeling te zoeken naar x-en die het meeste invloed hebben op het probleem y. Dit worden de kritische x-en genoemd: de factor die het meest bijdraagt aan het op te lossen probleem. Wanneer deze kritische x-en worden aangepakt is het probleem opgelost.
Een output van een proces (*) wordt bepaald door een aantal factoren.
Welke letter hoort in plek van * te staan?
y
In Six Sigma termen wordt het op te lossen probleem omschreven als de *.
Welke letter hoort in plek van * te staan?
y
Een output van een proces wordt bepaald door een aantal factoren (*).
Welke letter hoort in plek van * te staan?
x
In Six Sigma termen wordt het op te lossen probleem omschreven als de y en wordt gezocht naar oorzaken van dit probleem in termen van (*)-en.
Welke letter hoort in plek van * te staan?
x
Kwaliteit
Voldoen aan de eisen en wensen van de klant. Essentieel is dat kwaliteit vanuit de perceptie van de klant moet worden bezien.
Waar staan de letters LSL voor?
Laagste specificatielimiet