Woorden 8 Flashcards
provocar
veroorzaken, provoceren
los demas
de anderen
la barra
staaf
contagiar
besmetten
fregar
wassen
valorar
waarderen, op waarde schatten
el hecho
feit, daad
locura
gekkigheid
la ceniza
as
las barras
menigte
la nevada
sneeuwval
la contraria
het tegenovergestelde
agotar
uitputten, opraken
delante
vootr
miembro
lid
certeza
zekerheid
apetecer
zin hebben in
renjir
schelden, discusieren
complacer
to please
el medio ambiente
environment
el humo
rook
la basura
afval
el contenedor
container, doos
los desperdicios
afval
la papelera
papierbak
los envases
verpakking, pakjes
las pillas
batterij, hopen
la capa de ozono
ozonlaag
despilfarrar
verspillen
contaminar
vervuilen, corrumperen
recidar
recycelen
suponer
veronderstellen
el sino
het lot
cazar
jagen
derretir
smelten
reposar
rusten
exquisito
uitstekend
coraje
moed, woede
depre
depri
a mi me functiona
dat werkt voor mij
el cielo
lucht
planificar
plannen
rimar
rijmen
la gota
druppel
el rayo
bliksem
la vejez
oude dag
ligera
licht
aguantar
vast/volhouden
el alcalde
burgemeester
calzar
dragen [kleding]
ligeramente
een beetje