werkingsmechanisme Flashcards
1
Q
Quinolonen
A
- NUCLEÏNEZUREN
- Inhibitie bacterieel DNA topoisomerase II (gyrase)
- Inhibitie bacterieel DNA topoisomerase IV
=> bactericide
(opengebleven DNA-ketens -> induceren endonucleasen -> breken die strengen af)
2
Q
Aminoglycosiden & aminocyclitols
A
- EIWITSYNTHESE
- Binden de 30S-subeenheid vh bact ribosoom
- > inhibitie proteïnesynthese
STREPTOMYCINE (interferentie binding v formyl-methionyl-tRNA)
KANAMYCINE, GENTAMYCINE (interferentie decoderingsplaats vh 16S rRNA vd 30S-subeenheid)
=> bactericide
+ Destabilisatie buitenmembraan
3
Q
Macroliden
A
*EIWITSYNTHESE
- Binden ah 23S rRNA op de 50S-subeenheid vd ribosomen
–> verhinderen zo de translocatie nodig voor de peptidenketenverlenging
(blokkeren ‘exit channel’ peptideketen)
=> Bacteriostatisch
4
Q
Glycopeptide AB
A
- CELWANDSYNTHESE
- complexen met PG-precursoren
- inhiberen op sterische wijze de incorporatie v PG-precursoren in celwand
Vnl transglycosylatiereactie verhinderd
=> bactericide
5
Q
B-lactam AB
A
- CELWANDSYNTHESE
- Inhibitie D,D-transpeptidase en D,D-carboxypeptidase
- Interferentie PBP-gemedieerde celwandsynthese
- > nucleofiele aanval PBP op B-lactamring
- > stabilisatie van PBP-penicilline complex
- -Stop celwandopbouw leidt tot cellyse via autolysines
=> bactericide