week 9+10 Flashcards

1
Q

Wat zijn kenmerken van het fetal alcohol syndrome (FAS)?

A
  • variabel fenotype (fysiek en mentaal)
  • aangeboren hartafwijkingen
  • groeiachterstand
  • hersen-, nier- en skeletafwijkingen
  • faciale dysmorfie soms subtiel: korte oogspleten en lang+vlak philtrum
  • abnormale cognitieve functie
  • gedragsproblemen tot op volwassen leeftijd
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat zijn de principes van Wilson?

A

Teratogeen effect is afhankelijk van:
1. structuur en werkingsmechanisme van de stof (bijv ene stereoisomeer wel en de ander niet schadelijk)
2. duur en dosis van blootstelling
3. maternale modificatie van de dosis
4. mogelijkheid om de foetus te bereiken
5. embryonale periode (specifieke gevoelige periode / processen)
6. de capaciteit van verschillende organen om de stof te metaboliseren
7. genetisch bepaalde gevoeligheid van de foetus

Eindpunten:
dood, malformaties, groeiretardatie en functionele afwijkingen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Waar staat het VACTERL-H acroniem voor?

A

Dit zijn aangeboren afwijkingen die vaker dan op basis van toeval met elkaar optreden zonder dat er sprake is van een syndroom of sequentie (associatie).
Vertebral defects
Anal atresia of stenosis
Cardiac defect
Tracheo - Esophageal fistula
Radial defects of Renal anomalies
other than radial Limb defects
Hydrocephalus

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat is de definitie van sequenties?

A

Een sequentie is een combinatie van aangeboren afwijkingen welke, in één of meerdere cascades, voortvloeien uit één initiële afwijking of mechanische kracht.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat is een craniosynostose?

A

Het vroegtijdig sluiten/verbenen van de schedelnaden.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Welke trias is aanwezig bij het Pierre Robin sequentie?

A
  1. micrognatie/retrognatie
  2. glossoptosis
  3. OSA
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Welke vormen van schisis zijn er?

A
  1. cheilognatopalatoschisis:
    - unilateraal vs bilateraal
    - lip: incompleet vs compleet
    - kaak: incompleet vs compleet
    - palato: incompleet vs compleet
  2. geïsoleerde mediane palatoschisis
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Wat zijn oorzaken van cyanose bij zuigelingen?

A

Aangeboren hartafwijkingen:
- verkeerde aansluitingen
- intracardiale mengen van zuurstofrijk- en zuurstofarm bloed
- onvoldoende long doorbloeding

Pulmonale oorzaken:
- onvoldoende ventilatie
- onvoldoende functionerend longweefsel

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat zijn vormen van cyanose met beperkte longflow?

A

tricuspidalisatresie
hypoplastisch RV
infundibulaire pulm. stenose
pulmonalisatresie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wat zijn kenmerken van een necrotiserende enterocolitis (NEC)?

A

verloopt in stappen
bolle buik met meteorisme (lucht in de darmen)
darmwandverdikking
pneumatosis intestinalis (eerst thv ilecoecale overgang maar later ook colon, rectum en jejunum)
pneumoportogram
vrije of gelocaliseerde lucht (afgedekte perforatie)
ascites
verstoorde luchtpassage waardoor lucht in rectum ontbreekt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

welk radiologische techniek pas je toe bij een verdenking op invaginatie?

A

echoscopie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Welke factoren vraag je uit bij een ontwikkelingsanamnese?

A

motorisch
spraaktaal: 1,5 jaar mama/papa zeggen
sociaal
emotioneel
gedrag
slapen
voeding

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Welke indeling van metabole ziekten is er op basis van biochemie?

A

Aminozuurmetabolisme: fenylketonurie (PKU)
Koolhydraatmetabolisme: galactosemie, glycogeenstapelingsziekten
vetuurmetabolisme: medium chain acyl-CoA dehydrogenase deficiency (MCADD)
Lysosomale stapelingsziekten: mycopolysacharidosis, ziekte van Gaucher en ziekte van Pomp
Mitochondriale stoornissen: Leigh syndroom
Peroxisomale stoornissen: Ziekte van Zellweger

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Wat zijn kenmerken van Fenylketonurie (PKU)?

A

Verstandelijke beperking
blond haar en lichte huid
microcefalie
epilepsie
achteruitgang, spasticiteit

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Wat is pathofysiologie van PKU en hoe kan je het behandelen?

A

Er is een enzym defici”entie van het enzym phenylalanine hydroxylase (PAH gen) waardoor phenylalanine niet wordt omgezet in Tyrosine. Dit leidt tot en tyrosine tekort en een opstapeling van phenylalanine (toxisch).
Behandeling: phenylalanine arm dieet en tyrosine suppletie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Wat zijn klachten bij de ziekte van Zellweger en wat is de pathofysiologie?

A

Er is een gebrek aan peroxisomen waardoor een stapeling van zeer Lang Keten Vetzuren
Klachten: progressieve spierslapte, epilepsie, niercysten, skeletafwijkingen, retinitis pigmentosa, atrofie oogzenuw, hepatomegalie, doofheid en hersenaanlegsstoornissen

17
Q

Wanneer moet je aan een stofwisselingsziekte denken?

A
  1. Problemen in groei en ontwikkeling
  2. Progressieve klachten of achteruitgang (knik in ontwikkeling)
  3. Familie geschiedenis positief
  4. Opvallende bevindingen bij lichamelijk onderzoek
  5. acute ontregeling/bewustzijnsdaling bij een eerder gezonde pati”ent bij intercurrente infectie
18
Q

Welke opvallende bevindingen bij lichamelijk onderzoek kunnen er zijn bij kinderen met stofwisselingsziekten?

A

UMGOVN
Uiterlijke kenmerken/dysmorfieen
Micro-/macrocefalie
Groeistoornis/skeletafwijking
Organomegalie
Verandering van uiterlijke kenmerken
Neurologische klachten: achterstand in ontwikkelingsmijlpalen, hypo-/hypertonie, ataxie/dystonie/andere bewegingsstoornissen, epilepsie

Ongewone geuren bij stofwisselingsziekten

19
Q

Wat zijn oorzaken van een hydrops foetalis?

A

Immuun: bloedgroep icompatibiliteit (Rhesus factor)
Non-immuun:
1. hemolytische anamie, thalassemieen/sikkelcel anemie
2. erfelijke stofwisselingsziekten: lysosomaal of peroxisomaal
3. erfelijke hartziekten/cardiomyopathie
4. chromosoomafwijkingen

20
Q

Wat zijn symptomen passend bij ALL bij kinderen?

A

Acute lymfatische leukemie:
bleek
bloedingsneiging
infecties
botpijn
algehele malaise

LO: hepatosplenomegalie, lymfadenopathie, bleekheid, petechi”en/ecchymosen, koorts/tachycardie, huid/testisinfiltratie, uitval hersenzenuwen, tandvleeshyperplasie/bloedingen

21
Q

Welke diagnostiek kan er toegepast worden bij verdenking op ALL bij kinderen?

A

volledig bloedbeeld
cytomorfologie
immunofenotypering
cytogenetica

beeldvorming

22
Q

In welke twee typen kan je volgens een biologische classificatie (ISSVA) vaatanomalieen indelen en noem hun kenmerken.

A

Vascular tumoren (90% tumor = hemangiomen)
- bij geboorte 50% hemangomen pre-cursor lesie
- Na de geboorte ontstaan/groei
- hemangioom: groei-plateau-regressie
- m:v = 1:3

Vaatmalformaties (0,3-0,5% anomalieen)
- aanwezig bij de geboorte
- proportionele groei
- geen spontane regressie
- m:V = 1:1

23
Q

Wat is een PHACE association/syndroom?

A

Er is dan een combinatie tussen vasculaire tumoren (hemangiomen) en vaatmalformaties.
Posterior fossa abnormalities
Hemangiomen
Arterial abnormalities
Cardiac abnormalities
Eye abnormalities
Sternal cleft

24
Q

Wat zijn tekenen van een maligne vasculaire tumor?

A

bloeden, de kleur rood en bobbels

25
Q
A