Week 8 Flashcards
Waardoor wordt diabetes type 1 gekenmerkt?
- Onvoldoende insulineproductie door de pancreas
- Ontwikkelt zich voor de leeftijd van 30-35
- Patiënten hebben kans op het ontwikkelen van diabetische ketoacidose
- Zonder insuline kunnen patiënten niet functioneren/overleven
Waardoor wordt diabetes type 2 gekenmerkt?
- Insulineresistentie (cellen ongevoelig voor insuline)
- Het vermogen van de pancreas om insuline te maken neemt initieel toe en over de tijd af
- Vaak na de leeftijd 30-35
- 85-90% is obees
- Geen neiging tot ketoacidose, want geen absoluut tekort aan insuline
- Niet afhankelijk van insuline om te overleven, wel controle van hyperglycemie nodig
Wat zijn typische symptomen van diabetes?
- Glucosurie (vermogen van de nier om glucose te reabsorberen)
- Polyurie (veel plassen)
- Polydipsie (veel drinken)
- Polyphagie (veel eten)
- Gewichtsverlies
- Slapte, moeheid
Wat zijn de specifieke symptomen voor diabetes type 1?
- Gewichtsverlies
- Moeheid, verlies energie
- Jeuk
- Polyurie
- Polydipsie
- Diabetische ketoacidose (misselijk, braken buikpijn)
Wat zijn de specifieke symptomen voor diabetes type 2?
- Asymptomatisch
- Toegenomen dorst
- Meer plassen
- Moeheid
- Wazig zien
- Toegenomen frequentie van infecties (schimmel!!)
Hoe stel je diagnose diabetes?
WHO criteria
- Nuchter plasma glucose > 7 mmol/L
- Willekeurig plasma glucose > 11,1 mmol/L
- HbA1c > 6,5% (48 mmol/L)
Wanneer wordt meestal de OGTT toegepast?
Bij zwangerschapsdiabetes
Wat is de impaired glucose tolerantie (IGT)?
- Risicofactor voor het ontwikkelen van diabetes type 2.
- Wordt via de OGTT bepaald.
Wanneer spreek je van een impaired fasting glucose tolerantie (IFG)
- Nuchtere glucose tussen de 6,1-6,9 mmol/L
- Geen OGTT nodig
Wat geeft de HbA1c aan?
- Geeft het % rode bloedcellen dat is geglycosyleerd aan→ weerspiegelt glucosegehalte in het bloed in de voorafgaande 6-8 weken.
Welke 4 behandel mogelijkheden hebben we voor DM?
- Dieet
- Beweging
- Tabletten
- Injecties
Hoe ziet het dieet van een patiënt met DM eruit?
- Weinig suiker
- Veel langzaam resorbeerbare koolhydraten
- Veel voedingsvezels
- Weinig vet
Welke 2 injecties kun je geven bij DM?
- Insuline injecties
- GLP-1 analogen (ook als tablet)
Waardoor wordt de opname van insuline uit een injectie versneld?
- Warmte
- Dieper prikken
Wat zijn de behandel doelen bij DM (qua waardes)?
- A1c < 7% (53 mmol/L)
- Nuchter glucose tussen 4,4-7,2 mmol/L
- Na maaltijd glucose < 10 mmol/L
Wat is de behandel methode voor DM 1?
- Dieet + beweging
- Insuline
Wat is de behandel methode voor DM 2?
Dieet + beweging
Welke behandeling geef je bij mensen met DM en hart- en vaatziekten?
SGLT-inhibitor of GLP-1 agonist
Wat zijn incretines?
- Een stofje dat wordt afgegeven door de darmen als je iets gaat eten.
- Ze zorgen ervoor dat je bij de maaltijd meer insuline gaat afgeven→ stimuleren beta-cel in de pancreas.
Wat zijn de 2 belangrijkste incretines?
- GLP-1
- GIP
Waar en hoe vindt de secretie van GLP-1 plaats?
- L-cel: distale deel dunne darm, eerste deel dikke darm
- Proglucagon→ GLP-1 [7-37]→ GLP-1 [7-36NH2]
Waar en hoe vindt de secretie van GIP plaats?
- K-cel: duodenum, begin dunne darm
- ProGIP→ GIP [1-42]
Door wat worden GLP-1 en GIP afgebroken in het bloed?
DPP-4
Wat zijn de functies van GLP-1?
- Stimulatie insuline secretie
- Remming glucagon secretie
- Vertragen leeg lopen van de maag
- Eetlust verminderen
- Verhogen insuline gevoeligheid
Lange termijn
- Vermeerderen beta-cellen
- Behouden van beta-cellen
- Zorgt voor gewichtsverlies
Wat zijn de 2 nadelen bij het gebruik van GLP-1?
- Het is een natuurlijk eiwit (wordt snel afgebroken via de mond)
- Het heeft een korte halfwaarde tijd
Hoe kan je er voor zorgen dat GLP-1 langer intact blijft?
- Toevoeging GLP-1 agonist met langere halfwaarde tijd
- DPP-4 blokker
Noem een GLP-1 agonist met langere halfwaarde tijd:
Exenatide→ minder gevoelig voor DPP-4
Welke zijn krachtiger, GLP1-agonisten of DPP-4 remmers?
GLP1-agonisten→ meer bijwerkingen
Wat moet je doen bij iemand met een hypoglycemie (aanspreekbaar en bewusteloos)?
- Aanspreekbaar: snelle suikers geven
- Bewusteloos: 50 ml van 50% glucose oplossing intraveneus of 1 mg glucagon subcutaan/intramusculair
Wat zijn de oorzaken van een hypoglycemie?
- Te veel insuline spuiten
- Te veel sporten
- Alcohol
- Maaltijd overslaan
- Bèta blokkers
Op basis waarvan stel je de diagnose ketoacidose?
- Bloedsuiker
- Ketonen in de urine en het bloed
- pH < 7,3
- Verlaagd HCO3
Wat zijn de uitlokkende factoren voor een diabetische ketoacidose?
- Infectie
- Hartinfarct
- Onvoldoende insuline spuiten
- Zwanger
- Trauma
- Chirurgie
Hoe behandel je een ketoacidose?
- Insuline geven
- Vocht aanvullen
- Elektrolyten geven
Wat zijn specifieke symptomen van een diabetische ketoacidose?
- Snel begin (<24 uur)
- Kussmaul ademhaling
- Aceton lucht
- Misselijkheid/braken
- Buikpijn
Wat zijn specifieke symptomen van een hyperglycemische hyperosmotische ontregeling (HHO)?
- Ontstaat na dagen/weken
- Verlaagd bewustzijn/suf
- Focale neurologische uitval
- Krampen in de benen
Bij welke organen treden er eerder complicaties op bij een aanbod van te veel suiker, wel- of niet insuline-afhankelijke organen?
Niet-afhankelijk
Bij welke type DM treden er eerder complicaties op, 1 of 2?
DM 1
In welke 2 vormen komt retinopathie voor?
- Niet-proliferatieve diabetisch retinopathie (onschuldig)
- Proliferatieve diabetisch retinopathie (kan je blind van worden)
Waardoor wordt proliferatieve retinopathie gekenmerkt?
Nieuwe bloedvatvorming
Op welke 3 manieren kan diabetische nefropathie de nier beschadigen?
- Beschadiging glomerulus
- Beschadiging door ischemie
- Opstijgende bacteriële infecties
Door wat te meten kan je beginnende diabetische nefropathie bij DM 1 opsporen?
Microalbuminurie
Waardoor ontstaat diabetische neuropathie?
Door DM raken de bloedvaten verstopt→ lumen wordt te klein→ zenuwen krijgen te weinig voedingsstoffen.
Wat zijn de risicofactoren van het ontstaan van complicaties bij DM?
- Lange duur DM
- Hoge bloedsuikers
- Hoge BD
- Roken
- Microalbuminurie
- Genen (man?)
Wat ontwikkelt zich meer bij DM 2, microvasculaire- of macrovasculaire complicaties?
Macrovasculaire complicaties
Waardoor wordt het metabool syndroom gekenmerkt?
Insulineresistentie
Welke functie van insuline werkt nog wel bij een insulineresistentie?
Lipogenese
Via welke methode wordt de insulineresistentie beoordeeld?
HECS
- Gouden standaard
- Arbeidsintensief en technisch veeleisend
Welke mechanismen kunnen leiden tot insuline resistentie?
- Pre-receptor: insuline kan niet aan de receptor binden of wordt vervroegd weggevangen
- Receptor: verlaagd receptor aantal of affiniteit
- Postreceptor: abnormale signaaltransductie/fosforylatie (meest voorkomend)
- Glucose-transporters: verlaagd aantal GLUT-4
Wat zegt de Raeven hypothese?
Alle factoren van metabool syndroom worden veroorzaakt door insulineresistentie.
Aan welke criteria moet je voldoen voor de diagnose metabool syndroom?
Abnormale obesitas (taille omtrek)
- Man: >102 cm
- Vrouw: > 88 cm
Triglyceriden > 1,7 mmol/L
HDL-cholesterol
- Man: < 1 mmol/L
- Vrouw: <1,3 mmol/L
BD >130/85 mmHg
Nuchter glucose >6 (nieuw >5,6) mmol/L
Hoe behandel je iemand met metabool syndroom?
- Lichaamsgewicht reduceren
- Beweging
- Inname verzadigd vet, transvetten en cholesterol verminderen
- BD omlaag