Week 7 H14 Flashcards

1
Q

Op welke vier momenten worden visuele gebieden in de hersenen actief?

A
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat is reality monitoring

A
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat zijn vier kenmerken die onze hersenen gebruiken om onderscheid te maken tussen de werkelijkheid en verbeelding?

A
  1. levendigheid
  2. detail
  3. stabiliteit
  4. vrijwillige controle (je hebt geen controle over externe omgeving wel over fantasie)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat is de definitie van een hallucinatie?

A
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Welke vier type hallucinaties kunnen we onderscheiden?

A
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat is het verschil tussen een illusie en een hallucinatie?

A

illusie is een vertekening van de werkelijkheid. Bij hallucinatie is er niks meer wat correspondeert met de werkelijkheid.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Welke drie schalen meet de launay-slade hallucination scale?

A
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Waarom zien we specifieke patronen tijdens hallucinaties?

A

Een theorie is: Ons brein is retrotopisch ingericht (neuronen op specifieke plek corresponderen met specifieke plek in de hersenen) Er is sprake van een trein aan activatie van neuronen. De patronen die worden weergegeven in een hallucinatie illustreren figuren waarvan de neuroen dichtbijelkaar liggen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Een theorie over hoe hallucinaties ontstaan is het spontaneous activation model Leg dit uit

A

spontane visuele activatie van bepaalde hersenactiviteiten.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Een theorie over hoe hallucinaties ontstaan is het self-monitoring model Leg dit uit

A

dingen die je online meemaakt en dingen die van buiten komen.

Het brein maakt onderscheid via een comparator of het van binnen of van buiten komt. Als er iets misgaat binnen deze comparator dan kan het idee komen dat het idee niet vanuit jezelf komt.

VB: jezelf niet kunnen kietelen. Je kunt precies voorspellen wat je gaat voelen waardoor het niet kietelt.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

tussen welke twee soort parapsychologische fenomenen wordt er onderscheid gemaakt?

A
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Welke drie soorten parapsychologische fenomenen kunnen worden onderscheiden?

A
  • helderziendheid
  • telepathie
  • precognitie–>in de toekomst kijken
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Wat is de revised paranormal belief scale

A

schaal die meet in welke mate iemand geloofd in paranormale fenomenen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

beschrijf het ganzfeld exeperiment van telepathie

A

-twee mensen. 1 kijkt een film over een onderwerp. 1 ligt met halve pingpongballen en koptelefoon op bed en moet na 30 min vertellen aan de hand van antwoord opties wat de persoon in de film gezien heeft.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

beschrijf de ESP card experimenten. welke bias voor paranormaal onderzoek verwijderd dit experiment?

A

raden wat iemand anders denkt doormiddel van kaarten met abstracte figuren. Dit maakt het moeilijker te raden, dan wanneer normale gedachten geraden moeten worden wanneer de subjects elkaar kennen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Experimenten laten zien dat sommige mensen significant boven kans niveau scoren tijdens paranormale experimenten. Welke vijf mogelijke tekortkomingen binnen experimenten zouden invloed kunnen hebben op deze resultaten?

A
17
Q

Bem’s experimenten geven aan dat mensen toch enigszins een voorspellend vermogen hebben, ons reductionistische mechanisme binnen de psychologie moet op de schop. Welke drie kritische tegenargumenten zijn er echter?

A
  • veel vrijheidsgraden–>als je maar vaak genoeg analyses doet komt er vanzelf wat uitrollen, als je geen rekening houdt met false positives
  • conformation bias door experimentor
  • publication bias
18
Q

vanuit evolutionair perspectief, wat is een tegenargument van parapsychologische gaven?

A
19
Q

Alle verschillende soorten hallucinaties hebben een aantal overeenkomsten. Zo zijn er een aantal visuele vormen, zoals patronen en felle kleuren, die vaak voorkomen. Deze kunnen bijvoorbeeld de vorm aannemen van een mandala. Hoe kan dit verklaard worden?

H14

A

Dit zou kunnen komen door de organisatie van het visuele systeem. Wij verwerken informatie als het ware in cirkels. Het is daardoor logisch dat in hallucinaties vaak cirkels worden gezien.