Week 6 HC.1 longvolumes en ventilatie karakteristieken Flashcards
Uit welke processen bestaat de gastransport
ventilatie, diffusie en perfusie
wat is de forces ecpiratory volume 1 (FEV1)
hoeveel liter de patient met maximale inspanning in 1 seconden kan expirenen
wat is de forces inspiratory volume 1 ( FIV1)
hoeveel liter de patient in 1 seconden kan inspirenen bij max inspanning
wat is de expiratoire reserve volume (ERV)
de hoeveelheid lucht beneden het normale uitademingsniveau na maximaal uitblazen
wat is de inspiratoire reservevolume (IRV)
de hoeveelheid lucht boven het normale inademingsniveau na maximaaal inspirern
wat is de residueel volume (RV)
de hoeveelheid lucht die zich nog in de longen bevindt na maximaal uitademen
wat is de functionele residuele capaciteit FRC
ERV + RV
wat is de inspiratoire vitale capaciteit IVC
IRV + V1 + ERV -> zelfde als IVC alleen dan eerst maximale inspiratie en daarna max expiratie
wat is de totale longcapaciteit TLC
inhoud na max inspiratie
wat kun je met de spirometer meten?
de dynamische longvolumes
wat kun je met een heliumverdunning meten
RV, FRC en TLC
hoe werkt een heliumverdunning
de pt ademt gasmengsel met bekende concentratie helium in –> helium heeft zich in de longen verspreid en dat geeft een andere concentratie –> er geldt C1 X V1 = C2 X V2
Wat zegt de flowvolumecurve boven en onder de X-as
Boven –> intrathoracale luchtwegen
onder –> extrathoracale luchtwegen
waarvan zijn de normaalwaarden afhankelijk
lengte, leeftijd, geslacht en etniciteit