Week 5 H.7 Flashcards
Macht is het vermogen om vorm te geven aan de eigen toekomst. Het bestaat uit 3 componenten, welke?
- Formuleren doelstellingen;
- De beschikking hebben over middelen om doelstellingen te realiseren;
- Het vermogen om anderen te beïnvloeden.
Wat wordt bedoeld met cultuur van de armoede?
Dit bepaalt de (on)mogelijkheden waar wij ons op richten en war wij ons naar gedragen (hiermee worden de beperkingen juist bevestigd!).
Noem de voorwaarden voor het ontstaan van een verzorgingsstaat (4 bindingen).
- Economische bindingen:
Industrialisatie en verstedelijking; minder sterke band familie!
Groeiende massa’s stedelijke armen en klassentegenstellingen; hierdoor ontstond het gevoel iets aan de ‘sociale kwestie’ te moeten doen
Door toenemende productie agv industrialisatie werd het gemakkelijker om een deel van het loon opzij te zetten! - Politieke bindingen:
Centralisering
Bureaucratisering
Democratisering - Affectieve bindingen:
Besef van betrokkenheid bij onpersoonlijke anonieme nationale netwerken - Cognitieve bindingen:
Professionalisering en specialisering van kennis en beroepen
‘Doordat onderwijs selecteert welke mensen welk kwalificatieniveau krijgen is het de belangrijkste institutie voor het aanbrengen van hiërarchische onderscheidingen in relatie tot beroepskansen – het geeft de plaats aan waar mensen terechtkomen’. Welk begrip hoort hierbij?
allocactiewerking van het onderwijs
Primair effect van het milieu?
Achterstand bij start onderwijs
Secundair effect van het milieu?
Keuze voor vervolgopleiding, hangt samen met wat van je verwacht wordt.