week 3 Flashcards
pyschofarmacologie
de studie hoe drugs invloed heeft op het zenuwstelsel en het gedrag beïnvloed.
psychoactieve drugs
stoffen die de stemming, het denken of het gedrag beïnvloeden
gif van de zwarte weduwe werk als wat?
agonist en bevordert daardoor het vrijkomen van ACh. Het effect van dit gif is potentiële spierzwakte
botuline wekt als wat?
antagonist, blokkeert zo het vrijkomen van ACh. het effect van dit gif kan dodelijk zijn, omdat het zowel voor het lichaam als voor de ademhaling verlammend werkt.
nicotine fungeert als?
agonist, bindt zich aan ACh receptoren vanwege zijn structuur
tolerantie
is de reactie op een specifieke drugs, die bij herhaalde blootstelling afneemt. bij herhaald gebruik is de kans op tolerantie groter
sensibiliteit
neemt de respons op een specifieke drugs toe bij herhaalde blootstelling. bij periodiek gebruik is de kans op sensibiliteit groter.
ontremmingstheorie
onderdrukt alcohol de corticale hersengebieden die betrokken zijn bij het oordeel, terwijl andere hersengebieden worden gespaard, dit zijn vooral de instinctieve hersengebieden.
gedragsmyopie
is het feit dat mensen onder invloed van drugs zich meer bewust zijn van directie en meer in het oog springende cues en dat ze afgelegen cues en mogelijke gevolgen lijken te vergeten
substantiemisbruik
vertrouwen mensen op een drug en geven ze de drugs een centrale plaats in hun leven. wordt gekenmerkt door ontwennigsverschijnselen
drie ontwenningsverschijnselen
escalatie (toenemend drugsgebruik), dwangmatig gebruik (herhaaldelijke en persistente toediening van drugs ondanks de negatieve gevolgen), terugval (herhaling van de drugs na een tijd van afwezigheid)
psychomotische activering
betekent dat deze middelen bij een bepaalde dosis mensen een energetische impuls en een gevoel van controle geven.
wanting-and-liking theorie
wanting is het verlangen naar een drugs, terwijl liking gaat over het plezier van blootstelling aan drugs. herhaaldelijk gebruik zorgt voor tolerantie en dus meer gebruik van de drug. Sensibiliteit zorgt voor wanting, de gebruiker wordt steeds gevoeliger voor verschillende soorten cues die met de drug te maken hebben.
steroïde hormonen
ze zijn gemaakt van cholesterol en zijn lipide oplosbaar. deze hormonen binden zich aan steroïde receptoren en veranderen de transcriptie. voorbeelden: testosteron en cortisol.
peptide hormonen
ze worden gemaakt door DNA in cellen op dezelfde manier als eiwitten worden gemaakt. Ze binden aan metabotrope receptoren en genereren zo een tweede boodschapper. voorbeelden: insuline en endorfine
homeostatische hormonen
deze hormonen werken om het interne metabolische evenwicht van het lichaam in stand te houden en de fysiologische systemen te controleren. voorbeeld: mineralocorticoïden
gonadale hormonen
deze hormonen controleren alles in het lichaam wat te maken heeft met reproductie.
glucocoticoïden
deze hormonen komen vrij in tijden van stress en bereiden het lichaam voor op een vecht-of-vluchtreactie. voorbeelden: cortisol en corticosteron
anabole steroïden
worden vaak gebruikt in de wereld van sport. zorgen voor snellere spieropbouw.
snelle stressrespons
de sympatische verdeling van het autonome zenuwstelsel wordt geactiveerd en stimuleert op zijn beurt de medulla om epinefrine vrij te maken.
trage stressrespons
de cortex van de bijnier laat de steroïde cortisol vrij. het activeren van cortisol paden kan minuten of uren duren.
twee manieren hoe neuroplasticiteit werkt:
- de hersenen kunnen zich aanpassen om handicaps en schade te compenseren 2. de verbindingen tussen neuronen in de hersenen veranderen voortdurend door nieuwe leerervaringen.
twee manieren waarop neurale informatie kan stromen:
- afferente (inkomende) gaat in het centrale zenuwstelsel 2. efferente (uitgaande) verlaat het centrale zenuwstelsel.
voorhersenen bestaat uit (4)
temporale kwab, frontale kwab, pariëtale kwab en occipitaal kwab
functies temporale kwab
functies in verband met gehoor, taal en muzikale vaardigheden.
functies frontale kwab
vervult de executieve functies in de hersenen
functies pariëtale kwab
stuurt de bewegingen naar een doel
occipitaal kwab
houdt zich bezig met visuele verwerking
gyri
hobbels op het hersenoppervlakte
sulci
de scheuren
fissures
diepe sulci of wel spleten
grijze stof
bestaande uit cellichamen en bloedvaten die of informatie verzamelen en wijzigen of deze activiteit ondersteunen
witte stof
bestaat uit zenuwvezels en vormt verbindingen tussen de hersencellen
voorhersenen wordt ook wel…. genoemd:
prosencephalon (reukzin)
middenhersenen wordt ook wel…. genoemd:
mesencephalon (visie en gehoor)
achterhersenen wordt ook wel…. genoemd:
rhombencephalon ( beweging en evenwicht)
prosencephalon bestaat uit?
thalamus, hypothalamus, hypofyse, pijnappelklier en derde ventrikel
mesencephalon bestaat uit?
tectum, tegmentum en cerebraal aquadaat
rhombencephalon bestaat uit?
cerebellum, pons, vierde ventrikel en medulla oblongata
hersenstam
begint waar bij het ruggenmerg de schedel binnenkomt. het heeft controle over bijna alle lichaamsbewegingen
achterhersenen functies
zijn essentieel voor de motorische functies. Het cerebellum is een essentieel onderdeel van de achterhersenen.
diencephalon
is betrokken bij de integratie van sensorische en motorische informatie.
neocortex primaire functie?
het construeren van een perceptuele wereld en reageren op de wereld
allocortex bestaat uit?
de hippocampus (korte-termijn herinneringen worden omgezet tot lang termijn), amygdala (angst en vrees), de cingulate cortex (emotievorming en verwerkin, leren, geheugen en het koppelen van gedragsresultaten aan motivatie)
limbische systeem
spelen een rol bij emotioneel en seksueel gedrag, geheugen en motivatie
beschadigd occipitaalkwab
gebrek aan visuele informatieverwerking
letsel pariëtale kwab
maakt het een uitdaging om stimulatie op de huid te identificeren of te lokaliseren
beschadiging temporale kwab
kan leiden tot problemen bij het herkennen van geluiden, hoewel mensen nog steeds kunnen herkennen dat ze iets horen. ook kan het problemen veroorzaken bij de verwerking van complexe visuele informatie zoals gezichten
beschadiging frontale kwab
kunnen problemen hebben met het organiseren en evalueren van hun gedrag en een planning
basale ganglia drie hoofdstructuren
de caudate kern, de putamen en de subthalamus kern
basale ganglia functie
een systeem dat voornamelijk functioneert om vrijwillige beweging te controleren
de wet van bell en magendie
het dorsale deel van het ruggenmerg is sensorisch, terwijl het ventrale deel motorisch is.
hoe stroomt informatie in de hersenen
de informatie stroomt achtereenvolgens van eenvoudigere naar meer complexe regio’s in de hiërarchie
ventrale stroom (visuele informatie)
leidt naar de temporale kwab voor objectidentificatie
dorsale stroom (visuele informatie)
die leidt naar de pariëtale kwab om de bewegingen ten opzichte van objecten te sturen.
neurotrofe factoren
stimuleren cellen om zich te ontwikkelen tot specifieke gespecialiseerde cellen