Week 3 Flashcards

1
Q

soorten vulling van de mens

A

Normaal gevuld is 5 liter
shock door bloedverlies
1 liter —> tachycardie
>1 liter —> daling bloeddruk
3-4 liter —> 3e type shock

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat is de Rotem/TEG

A

taafje in het bloed draait rond en bepaald de weerstand, binnen 10 minuten resultaat over stolling

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

welke bloedproducten kennen we

A
  • omriplasma —> 250 ml
    Stollingsfactoren
  • Erytrocyten
    Vervoering O2
  • Trombocyten
    Bloedplaatjes
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

toediening schema bloedproducten

A

1 : 1: 1
maar trombocyten zijn 5 eenheden dus
Dus dan 5 ;5; 1 —> maar vaak trombocyten hoger nodig dus word in Erasmus 3 ; 3 ; 1 gegeven.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat is MTP 1

A

2 zakjes omriplasma
2 zakjes packed cel
2 fibrinogeen —> trauma patiënt verliest heel veel fibrinogeen
2 calcium —> ook een stollingsfactor, maar erytrocyten zitten in citraat en dit word geneutraliseerd door calcium

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

wat is MTP 2

A

2 zakjes omriplasma
2 zakjes packed cel
2 fibrinogeen —> trauma patiënt verliest heel veel fibrinogeen
2 calcium —> ook een stollingsfactor, maar erytrocyten zitten in citraat en dit word geneutraliseerd door calcium
1 trombocyten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

naar wat word gestreefd bij bloedtransfusiefs

A

permissive hypotension –> pt zo veel bloedruk dat de organen het weer doen, want als de pt bloed en een stolsel is, dat schiet deze weg bij een hoge tensi

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

hoelang duurt het ontdooien van bloed

A

Plasma ontdooien kost 25 minuten en ery’s 5 minuten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

waarom is stolling voor een traumpatient zo belangrijk

A

als de concentratie stollingsfactoren halveert is de stollings capaciteit veel kleiner (1/10-1/20)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

wat zijn de big 5 letsels in de thorax

A

Spanningspneumothorax
Open pneumothorax
Massale heamatothorax
Hart tamponade
(Faldderthorax) —> aantal gebroken rikken, instabiele thorax

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Drieledige tactiek
bij damage control

A

snelle, initial control van bloeding en contaminat
packing
‘Temporary closure’ voor resuscitatie op IC
Temp verhogen, coagulopathie corrigeren
Hemodynamisch stabiliseren, ventilatoire ondersteuning
Her-opereren voor definitie repair
Verwijderen packing, definitieve sluiting

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

hoe worden mensen op de IC cerebraal odersteund

A

Langdurige EEG
Monitoring LEM
Neurotrauma —> ICP meting in de gaten houden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

IC- comlicaties

A

Decubites —> lagndurig zelfde positie + slechte circulatie
Zwakte
DVT
Pneumonie
Lijn sepsis

PICS?

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

wat is normaalwaarden pCO2

A

4.6-6.4 kPA

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

wat zijn vormen van acute respiratoire insufficientie

A

Gen bloed bij de alveolus
- Longembolie
- Ondervulling
- Hartstilstand
Geen lucht in de alveolus
- Pneumoniet
- Pneumothorax
- morfine intoxicatie
- Spierzwakte
- verstikking

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

hoeveel stijging zorgt 1 liter O2 / min in FiO2

A

Iedere 1L/min = 21 (lucht) + 4% FiO2
1 l = FiO2 + 4 % -> 25 % FiO2
5L = Fio2 + 20 % —> 40 % Fio2

17
Q

soorten beademing

A

Venturimasker
FiO2 te regelen met kelurtjes
aavoeren O2 + aanzuigen lucht —> mengsel van O2 met kamerlucht —> FiO2
Hogere FiO2 leidt tot een langer flow
Bouwpakket

Non rebreather masker
puur zuurstof ademen totdat zakje leeg is
Bij ademminuutvolume >15l/min dus geen hoge FIO2

Optiflow
Tot 70L/min verwarde en bevochtigde lucht
Fio2 in te stellen
Mond vrij

NIV (non-invasieve beademing)
FiO2 en druk geven
PEPP —> OSAS, decompensatio cordis
Beademing —> spierzwakte, exacerbatie CO2

Supportive beademing
iets hogere druk voor grotere teug

18
Q

orgaanmfalen bij sepsis

A

hart –> hypotensieve shock
lever –> verhoogd bilirubine en gestoord lactaat metabolisme
nieren –> verminderde urineproductie en keratinine stijging
longen –> ernstige oxygenatiestoornis
brein –> verwardheid, EMV daling
bloed –> trombopenie en stollingsstornis

19
Q

wat zijn de wel en niet schokbare ritmes

A

schokbaar –> Ventrikelfibrilleren en ventrikel tachycardie zonder pols

niet schokbaar -> PEA en asystolie

20
Q

welke medicatie geef je in welke blokken bij schokbaar en niet schokbaar ritme

A

schokbaar –>
- 3e blok 1 mg adrenaline IV en 300 mg amioderone iv
- 5 blok 1 mg adrenaline IV en 150 mg amioderone iv
- 7 blok 1 mg adrenaline IV ETC

niet schobaar
- 1e blok 1 mg adrenaline iv
- 3e blok 1 mg adrenaline
ETC

21
Q

4 H’s en 4 T’s

A

H
- hypoxie
- hyper/hypo kaliemie
- hypothermie
- hypovolemisch

T’s
- tension pneumothorax
- toxines
- tamponade
- trombo EMBOLISCH