Week 3

Question 1

Ciba Geigy/Voorbraak

Answer 1

Andersluidend oordeel in bodemgeschil staat niet in de weg dat eenmaal verbeurde dwangsommen verschuldigd blijven. (Je moet dus blijven betalen.)

• Wanneer, uit bodemprocedure, blijkt dat er geen inbreuk was, dan heeft benadeelde recht op schadevergoeding.

Question 2

M’Barek/Van deer Vloodt

Answer 2

Bij geldvordering in kort geding, kijken naar:
1) is vordering voldoend aannemelijk?
2) Onverwijlde spoed?
3) Restitutierisico? > Hoog? dan vordering niet toegewezen.

Question 3

Staat/Van Gaalen

Answer 3

Bij excteptieve verweermiddelen hoef je niet naar inhoud v/d zaak te kijken, art. 128 lid 3 Rv.

• Rechter niet bevoegd, dagvaarding ongeldig, etc.

Question 4

Janssen/Hobbelen

Answer 4

De rechter mag er slechts vanuit gaan dat een partij een verweer heeft prijsgegeven, indien dat, uitdrukkelijk of stilzwijgend, op ondubbelzinnige wijze is geschied.

Question 5

De Vries/Gemeente Voorst

Answer 5

Rechters mogen terugkomen op bindende einduitspraak. Mag alleen o.g.v. eerdere onjuiste juridische of feitelijke opvatting.

Question 6

Molenbeek/Begeer

Answer 6

Bewijsbeslag kan ook in niet-IE-zaken worden gelegd, ex 730 jo. 843a Rv. Alleen op “bescheiden”.