Week 2 HC Flashcards
Wat zijn capillaire?
Kleine vaatbedden, die organen en spieren voorzien van bloed en die ervoor zorgen dat de homeostase wordt gehandhaafd
Wat is de taak van het veneuze vaatstelsel?
Het verzamelen en opslaan van het bloed en daarna terugvoeren naar het hart.
Wat zijn functies van de circulatie?
- Distributie en transport
- Onderdeel van homeostase
- Opbouw
Waar is de bloeddruk van afhankelijk?
Perifere weerstand (TPR) en de cardiale output
Hoe wordt de bloeddruk op korte termijn gereguleerd?
Autonome zenuwstelsel oefent indruk uit op slagvolume, diameter bloedvaten en nieren –> Afname of toename activiteit zenuwstelsel –> verandering bloeddruk
Waarvoor dient de vena cava superior en inferior?
Transport veneuze bloed
Wat doet de mitralis?
Scheiding linker boezem en kamer
Waarvoor dient de tricuspidalis?
Scheiding van de rechter bo
Wanneer vindt de doorbloeding van het hart plaats?
Tijdens de diastole. Dit is de relaxatie van het hart. Hoe langer dit duurt hoe meer het hart doorbloed wordt.
Wat zijn de eigenschappen van de linker kamer?
Dikke kamerwand en krachtige spier want moet weerstand grote circulatie kunnen overwinnen
Wat is de functie van het endocard?
Bekleedt de hartholten en vormt de hartkleppen. Gaat bloedstolling in de kamers tegen.
Wat wordt er verstaan onder het myocard?
Het dwarsgestreepte spierweefsel
Wat vormen het epicard en het pericard?
bindvlieslagen die gezamenlijk het hartzakje vormen
Hoe planten prikkels in het hart zich voort?
Via het aangrenzende spierweefsel.
Wat wordt er met het begrip depolarisatie bedoeld?
Een elektrisch signaal produceren
Waar wordt een elektrisch signaal geproduceerd in het hart?
In de sino-artriale (SA) knoop. Hierdoor kan het hart contraheren.
Wat zijn de stappen tot de contractie van het hart wordt bereikt?
Actie-potentiaal –> verandering membraan potentiaal –> Bindweefsel kan geen elektrisch signaal bereiken
Waaruit is de SA opgebouwd?
- Uit de pacemakercellen: klein en rond. Weinig organellen en myofibrillen
- Slanke, lange cellen: Overgangsvorm tussen de pacemakercellen en gewone atriale cellen
Wat is de functie van de pacemakercellen?
Reguleren hartritme en hartslag. Zij zijn te vinden in de SA knoop
Wat is kenmerkend voor een actiepotentiaal van een pacemakercel?
- kleine amplitude
- Minder steile upstroke
- tragere repolarisatie
- instabiele rustpotentiaal –> Membraanpotentiaal nooit constant –> Spontaan signaal
Waar leidt stimulatie van parasympatische zenuwen toe?
Daling hartfrequentie
Waar leidt stimulatie van sympathische zenuwen toe?
Stijging hartfrequentie
Wat doet atropine?
Grijpt aan op muscarine receptor –> Stijging hartfrequentie
Wat doet propranolol?
Grijpt aan op adrenerge receptor –> remt sympathische invloed op sinusknoop –> Daling hartfrequentie
Waar grijpt noradrenaline op aan en wat veroorzaakt dat?
Op de adrenerge receptor –> stijging hartfrequentie
Hoe werkt het baroreflex?
Plotseling verlies bloed –> Daling bloeddruk –> Baroreceptorreflex –> Barreceptoren geprikkeld –> Autonome zenuwstelsel zorgt voor stijging sympathicus en daling parasympaticus –> verhoging hartfrequentie –> CO omhoog –> stijging bloeddruk
Hoe wordt het slagvolume bepaald?
Door mate waarin hartspier kan contraheren
Wat houdt het begrip excitatie-contractie koppeling in?
Zodra een spiercel gedepolariseerd wordt begint die ook met contraheren.
Waar bestaat het sarcomeer uit bij een myocardiale cel?
Een A-band en een I-band. De A-band bestaat uit dikke myosine filamenten en de I-band bestaat uit dunne actine filamenten.
Wat zijn T-tubuli?
Kanaaltjes diep de cel in. Spelen een grote rol voor excitatie-contractie koppeling.
Wat is het sarcoplasmatisch reticulum?
SR => Plek waar intracellulair calcium wordt opgeslagen voor spiercontractie
Door welk zenuwstelsel wordt een myocardiale cel aangestuurd?
Het autonome zenuwstelsel.
Wat is Tn-C?
Een eiwit die nodig is voor spiercontractie. Zorgt voor contractie actine en myosine filamenten in elkaar.
Wat zijn de stappen van excitatie-contractiekoppeling van de hartspier?
Influx extracellulair Ca2+ –> Vrijzetting Ca2+ uit SR –> Vrij Ca2+ vormt complex met Tn-C in cytosol –> Activatie contractie myofilamenten –> systole
Hoe wordt na contractie calcium weggevoerd?
Door opname SR of actief de cel uit.
Hoe wordt het hartminuutvolume berekend?
HMV = slagvolume x frequentie
Wat is het slagvolume en hf in rust?
70 ml en 70/min
Waar staat LVEDV voor?
Links vertriculair eind diastolische volume
Waar staat LVESV voor?
Links ventriculair eind systolische volume
Hoe bereken je de ejectiefractie?
[(LVEDV/LVESV)/LVEDV] x 100%
Wat is de normaalwaarde van LVEDV ?
140 ml
Wat is de normaalwaarde van LVESV?
70 ml
Waar hangt het slagvolume vanaf?
- Preload
- Contractiliteit
- Afterload
Waardoor stijgt het slagvolume?
- Stijging LVEDV
- Daling LVESV
- Beiden samen
Wat wordt er verstaan onder de preload?
De hoeveelheid bloed die per keer aangeboden wordt aan de kamers
Wat is klepstenosis?
Verhoging van de preload
Wat gebeurt er met het CO-gehalte bij een stijging van de preload?
CO gehalte stijgt
Wat is de definitie van de afterload?
Weerstand waartegen het hart moet pompen
Wat zijn de belangrijkste componenten van de vaatwand? (binnen –> buiten)
- Lumen: stroomt bloed doorheen
- Endotheel
- Basaalmembraan: soort bindweefsel
- Intima: elastisch weefsel en glad spierweefsel
- Media: glad spierweefsel
- Adventitia: Bindweefsel en kleine voedende bloedvaten, vooral in grote bloedvaten.
Waarbij spelen arteriën een belangrijke rol?
Bij de perifere weerstand
Wat zijn functies van de arteriën?
- Distributie van bloed naar capillaire vaatbedden
- Hydraulische filter: de pulsgewijze uitstroom van het hart omzetten naar een gestage, continue stroom in de capillairen.
Wat zijn de functies van de venen?
- Inzameling van bloed uit capillairen en weefsels
- Opslag van overtollig bloedvolume
Wat vormt de hydraulische filter?
- De aorta, longarterie en alle grote vertakkingen
- Arteriolen
Wat is het doel van het hydraulische filter?
Een pulsgewijze stroom omzetten in een constante stroom
Wat voor effect hebben alfa blokkers?
Vasodilatatie door blokkade van werking van cateholaminen op post-synaptische a1-receptoren in de arteriele vaatwand
Welke bijwerkingen veroorzaken alfa blokkers?
- Reflex tachycardie
- orthostatische hypotensie
Hoe werkt een alfa1-blokker?
Blokkade post synaptische a1-receptor –> Gq eiwit neemt af, PLC neemt af, DAG neemt af & IP3 neemt af –> IP3 gemedieerde Ca2+ secretie uit SR neemt af –> [Ca2+] in cytosol neemt af –> relaxatie glad spierweefsel –> TPR neemt af –> daling bloeddruk
Hoe veroorzaakt een B-blokker het effect?
- Verminderde cardiac output –> daling bloeddruk
- Verminderde renine afgifte
Wat zijn bijwerkingen van B-blokkers?
Bronchospasmen, bradycardie, koude extremiteiten
Hoe werkt een beta blokker?
PKA daalt –> Ca2+ efflux daalt –> affiniteit myofilamenten voor Ca2+ dalen –> Verlaagde re-uptake in SR –> Verlaagde slagvolume bij zelfde LVEDV –> Verlaagde CO –> Daling bloeddruk
Waardoor is een calciumantagonist antihypertensief?
- veroorzaakt arteriele vaatverwijding
- natriuretisch effect
Wat zijn bijwerkingen van calciumantagonisten?
afname contractiekracht hart, flushes, hoofdpijn, duizeligheid, palpitaties, enkeloedeem, obstipatie
Hoe werkt een calciumantagonist (DHP)?
Blokkade L-type voltage gated Ca-kanaal –> influx extracellulair Ca2+ daalt –> Calcium induced Ca2+ vrijzetting uit SR daalt –> [Ca2+] cytosol daalt –> Relaxatie glad spierweefsel arteriolen –> TPR neemt sterk af –> daling bloeddruk (vasodillatatie)