Week 1 leerdoel 4-7 Flashcards
In welke delen kan het ruggengraat worden opgedeeld?
Cervicaal, thoracaal, lumbaal, sacraal
Beschrijf de neuronen van de verschillende zenuwstelsels
Zie plaatje op pagina 62 samenvatting
Wat is muscarine?
Het is een exogene stof. Het kan de effecten van de nervus vagus nabootsen.
Wat is de functie van atropine?
Het remmen van de werking van muscarine en zenuwstimulatie.
Waaruit bestaat het autonome zenuwstelsel?
Sympatisch, parasympatisch en enterisch
Waar bevinden zich de postganglioncellen bij het parasympatisch zenuwstelsel?
In de doelorganen
Wat zijn de belangrijkste neurotransmitters in het autonome zenuwstelsel?
Acetylcholine en noradrenaline
Op welke receptor grijp AcH aan en wat is de functie?
Nicotinereceptor en muscarine receptor. Het bootst de effecten van nicotine en muscarine na.
Wat zijn de effecten waar nicotine voor zorgt??
Stimulatie autonome ganglia, Stimulatie vrijwillige spieren, afscheiding adrenaline door bijniermerg
Wat doet muscarine?
Het komt overeen met de acties van AcH. Ze komen vrij bij postganglionische parasympatische zenuwuiteinden.
Waar zorgen a1-receptoren voor?
Vasoconstrictie
Waar zorgen a2-receptoren voor?
Remming transmitterafgifte, Samentrekking vasculaire gladde spieren en remming insuline afgifte
Waar zorgen B1-receptoren voor?
Verhoogt hartfrequentie en kracht
Waar zorgen B2-receptoren voor?
Veroorzaken relaxatie in gladde spieren, vaatverwijding
Wat zijn medicatie die behoren tot elke geneesmiddelgroep?
Zie samenvatting vanaf blz 71