Week 2 - Gewrichten Flashcards
1
Q
Welke wervelgewrichten zijn er?
A
- Symphysis intevertebralis
- Art. zygapophysialis
- twee facetgewrichten
2
Q
Wat zijn de kenmerken van het symphysis intevertebralis
A
- De discus vorm het gewricht met twee corpus vertebrae van wervel segmenten
- schokdemper die zorgt voor een gelijkmatige drukverdeling
3
Q
Benoem de kenmerken van de onderdelen van de discus
A
- nucleus pulposus: waterkussen
- zit vol met PG’s en GAG’s
- hydrofiel
- Anulus fibrosus
- rotaties geven rek en ontspanning
- compressie geeft rek
4
Q
Wat zijn de kenmerken van een facetgewricht
A
- art. zygapophysialis
- gevormd door twee proc. articularis (superior en inferior)
- De gewrichtsvlakken liggen per soort wervel anders
5
Q
Benoem de bewegingen met het vlak en de as die een facetgewricht kan maken per wervelsoort
A
- Cervicaal
- Transversale vlak
- Longitudinale as
- (Latero) rotatie
- Thorocaal
- Frontale vlak
- Sagitale as
- Latero flexie
- Lumbaal
- Sagitale vlak
- Frontale as
- Flexie en extensie
6
Q
Benoem de ribgewrichten met de gewrichspartners
A
- art. capitis costae
- caput van de costae articuleert met de corpus vertebrae
- art. costotransversaria
- tuberculum costae articuleert met de proc. transversus op thorocaal niveau
- art. sternocostalis
7
Q
Benoem de kenmerken van het SI-gewricht en de bewegingen
A
- Os sacrum articuleert met het os ilium
- conjugata vera: de bekkeningang –> een grote ring tussen het os sacrum en het os pubis
- nutatie: naar voren kantelen van os sacrum
- contra nutatie: naar achteren kantelen van os sacrum
8
Q
Benoem de ligamenten in het ventrale aanizcht van de bekken
A
- lig. longitudinale anterius
- lig. iliolumbale
- ligg. sacroiliaca anteriora
- lig. inguinale
- lig. sacrospinale
- lig. sacrotuberale
9
Q
Benoem de ligamenten in het dorsale aanzicht van de bekken
A
- lig. iliolumbale
- ligg. sacroiliaca posteriora
- lig. sacrospinale
- lig. sacrotuberale
- ligg. sacroiliaca interossea
10
Q
A